Schrijven van tweede luitenant L.A.D. Kranenburg

L.A.D. Kranenburg
2e Luit. 8 R.I.n.a.
Adj.Insp.v.Politie.
-----------------------

Afschrift.

Enschedé, 3 Augustus 1940.

Aan den Heer Auditeur-Militair bij den Krijgsraad te UTRECHT

  Ingevolge Uw schrijven van d.d. 31 Juli 1940 No.201 moge ik ter beantwoording daarvan het navolgende ter Uwer kennis brengen:

1)   Ik behoorde niet tot de compagnie van den Reserve Kapitein A.Zwart (3-III-8 R.I.), doch was Luitenant-Adjudant bij Majoor C.J.Voigt, C.-III-8 R.I.

2)   Uit persoonlijke aanschouwing omtrent de gedragingen van 3-III-8 R.I. is mij het navolgende bekend, waarbij ik moge verwijzen naar bijgaande schets.
  10 Mei 1940 te omstreeks 23.00 uur werd op de cp.-III-8 R.I. bericht ontvangen van de N.vleugel van de voorpostenstrook (Sectie Re.1e Luit. De Haas II-19 R.I.), dat patrouilles werden waargenomen in front en op flank. Dit bericht was optisch of per ordonnans van Res.Luit. De Haas naar cp.-C.-3-III gezonden en vandaar per telefoon naar C.-III-8 R.I.
  Dit bericht werd gedurende de nacht eenige malen herhaald. Idem in den vroegen ochtend van 11 Mei 1940.
  Naar ik mij meen te herinneren is een dergelijk bericht van C.-3-III ontvangen gedurende den nacht en/of vroege morgen van 11 Mei 1940, omtrent vijandelijke activiteiten op de boven haven.
  Kort na den aanvang der vij.art.beschieting werd de telefoonverbinding met C.-M.C.-III en C.-3-III verbroken (zie schets). Lijnpatrouilles konden de lijn herstellen tot C.-M.C.-III, doch slaagde er niet in de verbinding met C.-3-III tot stand te brengen.
  ca. 11.30 (11 Mei) werd door een wachtmeester der bat. 6 veld bericht, dat de steunpunten aan de Haarweg witte vlaggen hadden geheeschen.
  Derhalve begaf ik mij op weg om mij op de hoogte te stellen van de toestand bij 3-II-8 R.I.
  Daar ik mij onderweg meldde bij C.-M.C.-III en de laatste 5-700 m voorwaarts moest onder (eigen- en)vijandelijk mitrailleur- en artillerievuur kwam ik, waarschijnlijk omstreeks 13.00, aan op een punt ca. 100m Westelijk van de cp. van C.-3-III,
  Ik zag daar over een volkomen onbedekt terrein op de cp. van C.-3-III minstens één, doch vermoedelijk twee witte vlaggen wapperen.. Daar het terrein onder lt. en zw.mitr.vuur lag, moest ik van een poging afzien, de cp. verder te naderen.
  Ik merk op, dat ik ter plaatst geen schoten heb waargenomen afkomstig van Nederlandse lichte mitrailleurs, zoodat ik, na het vuurplan eenigszins te hebben gewijzigd, C.-M.C.-III en C.-III-8 R.I. rapporteerde, dat 3-III en de sectie van II-19 R.I. (Luit.De Haas) gevallen waren.
  Ik moge U onder de aandacht brengen, dat de grondwaterstand uitzonderlijk laag was, zoodat sloten welke steeds onbegaanbaar geweest waren, geheel of gedeeltelijk droog vielen, terwijl drassige weilanden thans berijdbaar waren voor vrachtauto's met normale wielen.
  Behalve door de voorafgegane droogte is dit vooral veroorzaakt door de omstandigheid, dat het peil van de Veenenedaalsche Inundatie met ca. 50 cm werd verlaagd. (Dit werd mij door den Kolonel Van Loon persoonlijk medegedeeld).
  Indien deze maatregel bekend geweest ware, zou wellicht door het innemen van een gewijzigde opstelling voorkomen zijn, dat de N.vleugel der voorpostenstrook door den vijand werd omtrokken.
  Ook werd het bevel betreffende het uitvoeren van opruimingen eerst in den ochtend van 10 mei ontvangen en dit in een zeer bedekt terrein! Zonder geschoold personeel en met één gevorderde motorzaag, terwijl er eenige hectaren boomgaard en heggen moesten worden gekapt en een 5 of 10-tal huizen moesten worden opgeruimd.
  Tenslotte waren er van 3-III naar mij tevoren reeds bekend was, drie lichte mitrailleurs opgezonden voor herstelling.
  Ondanks herhaalde telefonische vragen werden deze wapens niet ontvangen.
  Tenslotte moge ik U berichten, dat personeel van 3-III mij verschillende verhalen vertelde omtrent de gedragingen van de compagnie.
  Ik neem echter de vrijheid deze verhalen niet ruchtbaar te maken, noch de namen te noemen van die personen die mij een en ander vertelden, tenzij U mij zulks uitdrukkelijk gelast.

De Tweede Luitenant n.a.
Adj.Insp.van Politie
(get.) L.A.D.Kranenburg.

Download brondocument in PDF-formaat Brondocument
(PDF, 1.35 MB)