Verhoor van reserve-kapitein P.G. Westhoff

Verhoor van den kapitein P.G. Westhoff
Adres: Stadionkade 72 III, Amsterdam, Candidaat-notaris.
Ingedeeld als Compagniescommandant 1-III-19 R.I.
----------------------------------------------

De bezetting van mijn vak was als aangegeven op de schets. Munitievoorziening was in orde. De compagnie had aanvalshandgranaten.

Sectiecommandanten:
1e Luitenant D.C. Linthout, achter
2e Luitenant W.P.J.M. van Dijk, midden
Adjudant-onderofficier J. Mooyweer, links
Sergeant G. Bralten, rechts

10 Mei, tegen 4.00 uur in de stelling gekomen; graad van strijdvaardigheid 4 moest om 4.00 uur zijn bereikt (bevel).
Gedurende den dag: patrouillegang, legering en verpleging; geen gevechtshandelingen. Geen artillerievuur.
Het artillerievuur begon in den nacht van 10 op 11 Mei om 1.00 uur, naar mij gezegd werd eigen artillerievuur op de fabrieken in Veenendaal.
Vijandelijk artillerievuur in den ochtend, op Grebbeberg, op Divisiereserve, vervolgens in het gebied van de stoplijn en daarna sporadisch op de frontlijn.

Het moreel van officieren en troep bleef ongeschokt. Het vuur was niet hevig. Er was vrij regelmatig verkeer, patrouillegang en ordonnansen. Ik had nog contact met linker neven Compagniescommandant, echter niet met rechter neven Compagniescommandant Kapitein Wiersinga. Dit had wel mijn rechter voorsectie. Ik had gemakkelijker contact met de stoplijn 8 R.I.

Zaterdag en ook Zondag bleef de toestand zoo vrij constant. In den Zondagmiddag zou de vijand Kruiponder bezet hebben. De 1e Luitenant Linthout (oudste luitenant) met een sectie moest ik toen op last Bataljonscommandant inzetten tot hernemen van Kruiponder. Dit is echter niet doorgegaan toen hij de Sectie bij elkaar had. Het geval is uit mijn geheugen gegaan. Mijn melding van eigen artillerievuur op de frontlijn berustte op bericht van de rechter voorsectie; ik ben er niet zoo zeker van dat het zoo was, vooral na hetgeen ik er later van hoorde. Reeds in den loop van Zondagavond heb ik met Bataljonscommandopost overleg gepleegd omtrent versterking of tegenaanval nu Kruiponder was gevallen. Ik heb niet gemeld en ook niet later in den nacht, dat mijn compagnie het niet kon houden.

De eerste groote verandering kwam in den nacht van 12 op 13 Mei in den voornacht. Ca. 23.00 uur, namelijk het bevel dat de stelling ontruimd moest worden en dat een Zuidelijk front moest worden gevormd: voorste lijn Hoogesteeg; 2e lijn Friesesteeg. Ik moest mijn commando overgeven aan Luitenant Linthout die de Friesesteeg zou bezetten; ik zelf met 1 sectie infanterie en 1 of 2 secties zware mitrailleurs met de Luitenant Storms de Hoogesteeg. Deze stelling is ingenomen in den nacht. Hoe de troepen precies gestaan hebben kan ik mij niet juist herinneren. Er was mij gelast tegen 4.00 uur aansluiting met een Compagnie Goossens te zoeken. Ik trof aan de weg tusschen Cuneraweg en viaduct een groep van kapitein Goossens. Ik was daarmede, op dat oogenblik, dat veel artillerievuur viel tevreden.

De Sectie Vickers van Wevers en de vaandrig van de zware mitrailleurs zijn gebleven. De Luitenant Storms was met zijn mitrailleur bij mij aan de Hoogesteeg. Mijn commandopost was Commandopost M.C.-III-19 R.I., die verlaten was, deze Commandant M.C.-III-19 R.I. was verplaatst naar Commandant III-19 R.I. Toen ik daar was en weer uit de commandopost gegaan om de stelling te groeperen, heb ik van alle kanten geweervuur gehoord. Het was donker, tegen het licht worden. Volgens zeggen werden lichtkogeltjes opgelaten, zelf niet gezien. Afdeelingen van de Hoogesteeg waren teruggeweken tot kruispunt Cuneraweg - Friesesteeg en vertoonden neiging om verder terug te gaan langs Cuneraweg. De troep vertoonde begin van demoralisatie; het was van mijn compagnie en van de Mitrailleurcompagnie. Ik heb ze met geweld trachten terug te jagen. Toen werd het licht. Het was een onbegonnen taak alleen. Er werd van verschillende kanten beweerd, dat het bataljon teruggetrokken was en de commandopost ontruimd was. Ik zelf zag niets van de rest van het bataljon en geraakte dus in twijfel. Telefonische verbinding had ik niet. Ik ben toen persoonlijk naar de bataljonscommandopost geweest en onderweg heb ik de Compagnie Goossens ontdekt. De bataljonscommandopost bezet gevonden. Ik ben daar pl.m. 15 minuten geweest. Het personeel van de Commandogroep moest in de gevechtsopstellingen zijn, doch was weer in de schuilplaatsen. Ik ben de luitenant-adjudant behulpzaam geweest de gevechtsopstelling weer te laten bezetten. De stelling werd dadelijk weer bezet. Het was tegen 2.00, 2.30 uur.

Teruggegaan naar mijn troep. Ik heb de troep weer in stelling gebracht aan de Hoogesteeg en aan de Friesesteeg. Vervolgens is waargenomen het doormarcheeren van de aanvallende bataljons en kort daarop het bevel gekregen om de oorspronkelijke Oostelijke stelling weer in te nemen. Dit was kennelijk te vroeg, want de aanvallende bataljons waren mijn frontlijn nog niet gepasseerd, namelijk mijn Oostelijke frontlijn Weteringsteeg. De tegenaanval mislukte. Uit mijn commandopost kon ik het terrein goed overzien; ik zag groote afdeelingen van dat bataljon teruggaan, gedeeltelijk met de handen in de hoogte en om dekking te hebben drongen zij mijn voorste mitrailleuropstellingen in, front Oost. Er was sporadisch artillerievuur en mitrailleur- en geweervuur. De afdeelingen hadden hunne wapenen. Toen deze afdeelingen in Noordelijke richting terugtrokken zag ik, dat zij groepen van mij meezogen. Om te voorkomen, dat mijn compagnie zich met de terugtrekkende bataljons vermengde heb ik mij met mijn commandogroep begeven naar kruispunt Friesesteeg - Weteringsteeg. Aldaar pl.m. de halve compagnie verzameld (de Stop Sectie was nog in haar opstelling Oostelijk front).

Wegens vliegeraanval dekking gezocht in boschterrein Noord van de Friesesteeg, daarna contact gezocht met kapitein Vahl. Deze was van meening, dat de stelling nog wel gehouden kon worden, daarop ben ik weer voorwaarts gegaan, doch toen ik weer op het kruispunt was, zag ik dat de Vickers-mitrailleurs hunne opstelling verlieten (luitenant Wevers). Toen ik daar was heb ik mij overtuigd, dat de bataljonscommandopost ontruimd was en heb ik aangenomen, dat het terugtochtbevel mij niet meer bereikt had. In overleg met den kapitein Vahl in Noordelijke richting teruggetrokken en vervolgens in Westelijke richting en getracht de Regimentscommandopost te bereiken. Onderweg de kapitein Van der Meulen getroffen als Bataljonscommandant. (hoewel hij het mij wellicht niet gezegd heeft.) Op zijn aanwijzing teruggetrokken op Prattenburg. De kapitein Van der Meulen is toen orders gaan halen bij den Luitenant-Kolonel Van den Briel: Deze gelastte hem toen te vormen een front richting Zuid aan de weg Veenendaal - Elst, hetgeen is geschied. In den nacht kwam de luitenant Rose van Staf-19 R.I. met een bevel van Commandant 19 R.I. om terug te trekken op Amerongen. Kapitein Van der Meulen meende echter, dat het bevel van Luitenant-Kolonel Van den Briel voorging, omdat anders de terugtocht van diens regiment ongedekt was.

Om 0.30 uur in den nacht, de dekkingstermijn was toen voorbij, het restant van III-19 R.I. afgemarcheerd richting Amerongen met bestemming omgeving Benschop. Deze marsch was niet rechtstreeks mogelijk en terechtgekomen achter Leersum, alwaar ik kapitein Van der Meulen kwijt geraakt ben. Ik heb toen het commando op mij genomen en aangezien marcheeren in Westelijke richting niet mogelijk scheen, besloten in richting Zeist te marcheeren in Noordwestelijke richting. Onderweg vele kleine afdeelingen zich bij mij aangesloten. Later op den dag bleek dat Zeist en omgeving reeds door den vijand bezet waren. (berichten van burgers en verkenningspatrouilles.)

Eigen troep vrijwel zonder mitrailleurs en zeer vermoeid. Marcheeren over Hilversum niet mogelijk wegens gebrek aan rijwielen. Aan alle kanten ingesloten en zonder gevechtskracht tenslotte 3 kilometer voor Zeist gecapituleerd (pl.m. 14.00 uur).

Voorgelezen, volhard en geteekend,
w.g. P.G. Westhoff.

Voor eensluidend afschrift,
De kapitein,
(get.) J.K.H. de Roo van Alderwerelt.

Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 1
(PDF, 1.05 MB)
Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 2
(PDF, 470.42 KB)
Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 3
(PDF, 212.79 KB)