Verklaring van dienstplichtig sergeant L. van Kempen

Verklaring afgelegd door de Heer L. van Kempen, in 1940 dienstplichtig sergeant bij het 11e Grensbataljon,
van beroep employé bij de Victoria Fabrieken te Dordrecht, wonende Kees van der Sandenplein 6 te Sleeuwijk,
in de 419e Vergadering der Commissie Militaire Onderscheidingen d.d. 4 December 1950.
--------------------

    In 1940 was mijn Compagniescommandant bij het 11e Grensbataljon de Kapitein Hoogerland (2-11 G.B.). Ons bataljon is bij de Grebbeberg ingezet. Wij hadden een post in het laatste huis aan de rechter (West) zijde van de weg Ede (Elst?) - Rhenen, vlak voor Rhenen. Daar zijn wij onder vijandelijk vuur geweest dat waar wij dachten afkomstig was vanaf de Cuneratoren. Wij hebben een stelling ingericht in de Uiterwaarden. De mortiersectie waarbij ik was ingedeeld heeft doelen onder vuur genomen.
    Ik heb gezien, dat Luitenant-Kolonel Smit persoonlijk voor verkenning mee naar voren is gegaan.
    Na enige tijd in de Uiterwaarden in stelling te hebben gestaan, zijn wij opgerukt tot voor het viaduct. Kapitein De Boer bevond zich met zijn compagnie rechts van ons. Op dit punt heb ik doelen onder vuur moeten nemen op een afstand van 1500 tot 1800 meter. Ik heb persoonlijk geen resultaten van dit vuur kunnen waarnemen.
    In deze stelling zaten wij betrekkelijk gunstig. Toch kregen wij spoedig bevel om terug te gaan. Dit bevel kregen wij voordat de andere compagnie terugging. Ik weet niet waarom wij zo vroeg moesten terugtrekken. Ik veronderstel dat Kapitein Hoogerland bevel heeft gekregen zijn compagnie terug te nemen. Ik heb Kapitein Hoogerland, die in vredestijd niet makkelijk was, leren kennen als een moedig officier. De gedachte, dat de Kapitein op eigen gelegenheid zou zijn teruggegaan is nooit bij ons opgekomen. Voordat wij bij het viaduct kwamen, hebben wij nog even op de Koerheuvel in stelling gestaan. Daar hebben wij veel last gehad van eigen vuur.

's-Gravenhage, 4 December 1950.
(get.) L. van Kempen.

Opgenomen: St.

Download brondocument in PDF-formaat Brondocument
(PDF, 3.43 MB)