Verklaring van korporaal F. Streefkerk

Korporaal Streefkerk, F. van 3-4 R.H., verklaart bij zijn verschijning
voor de Commissie Militaire Onderscheidingen, op 12 Mei 1947:
-----------------------------------

  Ik stond onder Commando van Ritmeester Van Pallandt.
  Wachtmeester Snier was Pelotonscommandant.
  Groepscommandant was Wachtmeester Rodenburg.
  Wij zijn in de voorste linie in aanval geweest bij Heumen. De aanval vond plaats pl.m. 100 Meter vanaf de bunkers bij de brug over het Maas - Waal kanaal om de brug te ontzetten. Wij ontvingen zoveel zwaar vuur dat het onmogelijk was door te dringen. Wij hadden alleen lichte wapens, waardoor wij terug moesten.

  Ik meen op Zondag 17.00 uur moesten wij naar Rhenen vanuit Amerongen. Wij moesten daar een bruggenhoofd vormen. Wij zaten aan de westkant van de brug.
  De volgende morgen kwamen onze eigen soldaten met hun handen omhoog over de brug als vuurdekking voor de Duitsers. Toen zij op de brug waren werden zij door de Duitsers beschoten. Ik zat in een villa rechts van de brug en heb op de Duitsers geschoten. Hier zaten wij met enige militairen, o.a. Luitenant Falkenier Kips, Wachtmeester Du Bie, Wachtmeester Rodenburg. Korporaal Knies stond links van de weg bij een zware mitrailleur.
  Bij het zoeken naar water in een van de villa's langs de weg vonden wij in een kelder een man die kreunde. Wij zeiden dat hij naar boven moest komen. Hij dacht dat de Duitsers er al waren. Wij hebben hem meegenomen naar het kippenschuurtje waar wij zaten. De Luitenant heeft hem eerst ondervraagd. Hij bleek zware mitrailleur schutter te zijn. Onze zware mitrailleur was kapot en heeft hij deze eerst gerepareerd. Daarna heeft hij hiermede geschoten. Hij was erg overstuur en was het levensgevaarlijk die man te laten schieten. Ik meen dat Wachtmeester Rodenburg het toen overgenomen heeft. Vanuit dit kippenschuurtje konden wij het station en een houtzagerij onder vuur nemen.
  Wachtmeester Rodenburg, die onverschrokken was, heeft achter de mitrailleur gezeten. Wachtmeester Rodenburg zat links, Wachtmeester Knies rechts. Daarna is er even pauze geweest om de mitrailleur af te laten koelen. Toen heb ik gezien dat Rodenburg rechts zat en Knies links, Knies werd hier achter weg geschoten.
  Bij de houtzagerij zagen wij dat Nederlandse militairen als vuurdekking werden gebruikt. Zij moesten rechtop staan met hun handen in de nek, op een afstand van elkaar waar de Duitsers tussenin lagen te schieten. Wij hebben met z'n drieën geprobeerd om op de Duitsers te schieten. Ik heb gezien dat er van een Duitser de helm werd afgeschoten, er waren pl.m. 25 man. Even later werden de krijgsgevangenen weggevoerd.
  Wij hebben de trommels van de lichte mitrailleurs leeggehaald en deze ook gebruikt totdat er geen munitie meer was. Het was hopeloos. Wij hebben nog een ordonnans weggestuurd om munitie te halen, maar deze is niet teruggekomen.
  Luitenant Falkenier Kips heeft toen gezegd, meen ik, dat wij terug moesten trekken. Om pl.m. 17.00 uur zijn wij teruggegaan. Dit was 2 a 2.5 uur na het springen van de brug. Wij trokken terug op Rhenen. Onderweg kwamen wij nog een eigen patrouille tegen die kwam kijken waar wij bleven (De Vos van Steenwijk, Commandant I-3-4 R.H.).

  Betreffende Luitenant Falkenier Kips: Volgens mij heeft hij niet veel gedaan. Hij was nogal zenuwachtig.

  Wachtmeester Rodenburg: Hij was een goed voorbeeld.

  Betreffende Ritmeester Van Pallandt: ik heb hem niet bij Rhenen in de linies gezien, en kan ik heel weinig over zeggen.

's-Gravenhage, 12 Mei 1947.

(get.) F. Streefkerk.

Opgen.: J.v.d.B.

Download brondocument in PDF-formaat Brondocument
(PDF, 1.36 MB)