|
Ik zocht naar een foto van een kazemat, daar ik een relaas van mijn vader (G.A. Schalk) gedigitaliseerd heb die destijds het bevel voerde over kazemat Lent Midden, en stuitte daarbij op deze Discussiegroep. Wellicht is er interesse voor dit nog nimmer gepubliceerd verslag, waar ik tevens een paar kranteknipsels aan toegevoegd heb.
Ik zal de inleiding en een stukje van het verslag "De Stem uit de Bunker", hier onder inplakken.
Mijn e-mail account is defect: ik hoop maandag weer te kunnen mailen en kan ik eventueel het gehele document toesturen.
Oudstrijders die dit leest, denk met mij nog eens terug aan de plaats en de dag waar wij tezamen de vuurdoop ondergingen. Er is fel gestreden.
Op die plaats hielden wij een dag stand tegen een veel sterkeren vijand die ons verraderlijk aanviel. Wij hadden geen tijd meer om onze familie of bezit in veiligheid te brengen. Onze vrijheid stond op het spel. Ons leven was de inzet. De winst ging verloren.
Was het dan sport ? Daar was het te ernstig voor. Alleen de herinnering blijft over. Hier volgt een episode uit de eerste linie.
Er bestond voor 1940 een korps Politietroepen dat deel uitmaakte van het Nederlandse leger.
Kort voor de Duitse inval was het in hoofdzaak belast met de bewaking en de verdediging van de strategisch meest belangrijke punten van ons land.
Zo waren alle meer of minder belangrijke bruggen, wegkruisingen enz. onder hun bijzonder toezicht gesteld.
In de vier jaren die vooraf gingen aan de 10e Mei 1940 is er van hen die er toe behoorden niet weinig gevraagd.
Zij die tot dit model korps hebben behoord, zouden u kunnen verhalen van de lange diensten tijdens koude en hitte op de meest eenzame posten.
Wie herinnert zich niet uit die tijd de man in de keurig grijsgroene uniform met de witte nestel in enkelvoud. De wachters op Neêrlands bruggen.
Wie zal verhalen van de nachten, doorgebracht in kazematten en bunkers. Ze waren vaak saai en eentonig, maar plicht ging voor alles.
Ik meen niet te overdrijven wanneer ik zeg dat zij ook tot het laatst en overal hun plicht hebben gedaan.
Op die belangrijke punten hadden zij inderdaad een belangrijke taak te vervullen.
Het is alleen zo jammer dat men zo weinig meer leest of hoort van hen, die in de Mei¬dagen van ‘40 in de voorste lijn de spits hebben afgebeten.
Is het omdat ons leger kort daarop moest capituleren ? Mogelijk wel, maar daarom zijn er niet minder daden verricht die aan de vergetelheid dienen ontrukt. Zij mogen zelfs van meer belang geacht worden dan een groot deel van het gebazel over ondergronds werk, dat veelal enkel in de eerzuchtige brein van de vertellende, is uitgevoerd.
Of zijn maar alleen zij helden die bij hun werk zijn gesneuveld, aangevuld met degenen die voor de moei¬lijkheden opzij gingen en onderdoken ?
Neen, nogmaals, neen.
Maar hij, die zijn plicht deed, verdient tenminste waardering. Dit komt ook toe aan het korps Politietroepen, al werd het als een van de eerste door de bezetter op¬geheven op 15 Juli 1940.
Tientallen dapperen waren voor de eer van het land ge¬vallen.
Ik denk hierbij aan de mannen die in de kazemat bij Katwijk aan de Maas sneuvel den, evenals bij andere rivierovergangen van de Maas en de IJssel.
Hun gedachtenis blijve in ere.
Niet overal echter was het lot der verdedigers zo tragisch, maar daarom niet minder spannend.
Op meerdere plaatsen werd de Duitse indringer partij gegeven zoals zij dat niet in die dagen bij ons hadden verwacht.
De Duitse opmars in 1940 ontwikkelde zich al spoedig in twee richtingen. De ene ten Zuiden van Nijmegen en de andere ten Noorden van Arnhem. Het laat zich denken van hoeveel belang het voor hen geweest zou zijn indien zij daarbij nog hadden kunnen beschikken over de belangrijke verbindingsweg tussen die twee legers, nl. de weg Nijmegen-Arnhem.
Dit werd hun echter bij Lent belet; dank zij de plichtsgetrouwe wijze waarmede ieder soldaat die in die dagen streed, zijn best heeft gedaan.
Ongeveer 300 meter ten Noorden van de Waalbrug, in het dorpje Lent, staat in de bocht van de weg een kazemat.
Deze bunker werd in 1936 gebouwd, heeft drie verdiepingen en was in 1940 bewapend met een kanon van 5 cm. kaliber en een zware mitrailleur.
Thans zijn zijn schiet gaten dicht¬gemetseld en is het van binnen niet meer dan een vunzig hol, maar sporen van '40 staan nog duidelijk op zijn voorgevel.
Een episode uit de eerste linie
Het was een prachtige Meimorgen, de 10e Mei 1940.
Om 2 uur in de ochtend werd ik reeds gewekt. Over een uur moest ik als commandant, de kazemat midden te Lent hebben bezet. De 4 uren slaap had ik, evenals de zoveel daaraan voorafgegane nachten, in het groepsgebouw door¬gebracht.
Ik dacht bij het opstaan aan mijn bijna vierjarig dochtertje, dat met een zware longontsteking te Nijmegen in het ziekenhuis lag.
Maar het vaderland riep!
Het zou immers maar weer tot 8 of 9 uur in de morgen duren en dan konden wij toch weer wat rusten. Wij hadden dat zo al een jaar of drie op ongeregelde tijden meegemaakt.
Wij dachten wel aan oorlog, maar waanden hem toch steeds veraf en voor anderen.
Vijf minuten voor drie 's morgens was de bezetting van 12 man gereed en gaf ik dit bericht door aan de groeps¬commandant. Na het kanon en de zware mitrailleur, die als vuurkracht in de bunker waren opgesteld, te hebben ge¬controleerd, hield ik nog een korte intensieve oefening met het personeel.
Alle wapens waren geladen; de gasmaskers aan de slangen gekoppeld. “Ze kunnen komen" zeiden we nog, toen opeens onze aandacht werd getrokken door motorgeronk van vliegtuigen. Met een paar manschappen ging ik naar buiten.
Hoewel het schemerig was, zagen we duidelijk enige vliegtuigen overkomen. Van een overval was ons niets bekend,maar bet kwam mij toch verdacht voor. Terstond liet ik doorgeven: "Vliegtuigen van Oost naar West. Hoogte 2000 meter. Kentekens niet te onderscheiden.”
Nog was bet geronk der eerste machines in onze oren niet verstomd, of een escadrille bommenwerpers volgde vanuit dezelfde richting.
Daarna groeide de massa vliegtuigen van allerlei type aan, over een voor ons onzichtbare breedte van 10 km., tot ontelbaar.
Het geheel maakte op mij een enorme indruk.
Hoorbaar dacht ik: "Dat betekent een massa-aanval op Engeland, met schending van onze neutraliteit".
Nu ging ik zelf aan het telefoontoestel. Daarna rende ik weer naar buiten om het machtige schouwspel gade te slaan. Toen zag de hemel zwart; de lucht trilde en de aarde daverde. Als aan de grond genageld staarden wij omhoog. De zware Junckers dreven statig door de lucht ,omzwermd door pijlsnelle jagertjes.
Het was of alles verstomde bij een zo grandioze aan¬blik. » Deze reactie is geplaatst op 23 juni 2011 16:09 |