Nu iedereen toegang heeft (op dit forum) tot het verhoor van Nierstrasz is het leuk om daar wat over te zeggen.
Het verhoor van Nierstrasz, de man die zo belangrijk is voor de fundamenten van de krijgshistorische analyse van de slag om de Grebbeberg, is feitelijk van nul en generlei waarde. Het staat bolle van holle retoriek en politieke correctheid. Daarnaast doet de beste man uitspraken waar je echt vraagtekens bij kunt stellen.
De uitspraak van hem inzake de slaapplaats van Winkelman in de nacht van 9 op 10 mei 1940 verbaasde mij indertijd (toen ik het voor het eerst las) het meest. Nierstrasz zegt:
"Ik heb vernomen na de capitulatie in 1940, dat er bij verschillenden van mijn beroepscollega's de idee had postgevat, dat generaal Winkelman het niet goed gedaan had; b.v. werd het volgende naar voren gebracht: Toen de oorlog uitbrak, was generaal Winkelman in die nacht niet op zijn hoofdkwartier, maar thuis, en dan zegt men er bij, dat hij met een auto van zijn buurman naar het bureau is gebracht, en dat haalde men dan aan als voorbeeld van nalatigheid van generaal Winkelman; dat is volkomen onjuist gezien, dat is ondeskundig gezien. Het is juist goed, dat de generaal op dat ogenblik er niet was. Een opperbevelhebber heeft zijn orders reeds lang van te voren gegeven, dus de laatste tijd voordat het gaat gebeuren, werken lagere goden trapsgewijze en kan en moet hij rusten. Verder: de Duitsers hebben niet gezegd „wij komen", maar er zijn ten slotte aanwijzingen genoeg geweest te zeggen „weest op uw hoede" en van het opperbevel uit zijn zoveel aanwijzigingen gegaan, dat van het hoofdkwartier veldleger uit - dat heb ik zelf ervaren - alles is kunnen worden bevolen wat nodig was, omdat steeds was voorbereid tot en met! Ik heb tegen de heren gezegd: „Ie moet dankbaar zijn, dat we een opperbevelhebber hadden, die de moed had om op dat ogenblik te zorgen, dat hij rust nam, die hij misschien de volgende dag niet meer kon krijgen". Op dergelijke gronden heeft men de opperbevelhebber dikwijls afgekraakt."
Een bijzonder naieve bemerking van Nierstrasz. Niet alleen omdat het een paradox bevat ("alles is kunnen worden bevolen wat nodig was, omdat steeds was voorbereid tot en met!" - terwijl de luchtlandingen juist zoveel bevelen ongedaan maakten en nieuwe bevelen nodig maakten) maar ook omdat Nierstrasz voorbij gaat aan de vermaarde uitspraak van (de door hem vaak geciteerde) Clausewitz die stelt dat als de eerste kogel is geschoten de gehele planning overboord kan en improvisatie aan de orde is. En Clausewitz had volkomen gelijk! Hoe kun je het goed praten wat Winkelman deed door niet alleen thuis te gaan slapen, maar tevens het AHK zwaar onderbemand achter te laten. Welgeteld een stafofficier was op het AHK werkzaam tijdens de nacht van de Duitse inval! Daarbij was Winkelman zijn stafauto met chauffeur niet geparkeerd voor de deur van zijn huis, maar moest deze worden opgeroepen en bracht zijn buurman uitkomst. Zonder die buurman was Winkelman misschien al voor 5 uur in de morgen gevangen genomen! Een kardinale fout vind ik dat van Nierstrasz.
Ook zijn opmerking over de krachtsverhouding bij de Grebbeberg vind ik stompzinnig. Daarmee overtuig je misschien een civilist, maar geen militair met sterren op de schouders. Hij zegt "en terwijl de onderlinge krachtsverhoudingen plaatselijk in ons voordeel waren, behalve in de lucht, dan komt men tot de conclusie, dat de gevechtswaarde toch wel zeer gering was". Ja, zo lust ik er wel een paar. Retoriek die helaas door De Jong werd overgenomen in zijn standaard werk en godzijdank door Brongers is bestreden. Want niet alleen waren de krachtsverhoudingen niet in ons voordeel, maar tevens is het (op de wijze als geponeerd door Nierstrasz) natuurlijk volkomen bezijden de realiteit. Onze krachten waren verdeeld over de voorposten, kilometers daarachter de frontlinie, acht hondermeter daarachter de stoplinie en daar weer een kilometer achter de ruglinie. Iedere linie op zich moest de Duitse kracht weerstaan en die was overal waar de Duitsers aanvielen (ter plaatse) overweldigend.
Neem de doorbraak bij de stoplijn in de nacht van 12 op 13 mei. Tenminste een volledige SS compagnie stootte daar door de linie bij de straatweg, waar hoogstens twee incomplete secties van ons lagen. De aanval op de stoplijn op 13 mei was er een van tenminste twee Duitse compagnie-en tegen toen nog maximaal 250 man over de gehele linie verdeeld. Ter plaatse dus massale overmacht. Daarnaast is natuurlijk helder dat de Duitse ondersteuning overmachtig was, hun luchtmacht paraat en hun middelen veel beter. Simpele aantallen retoriek is iets waaraan iemand van het kaliber Nierstrasz zich niet mag wagen en hij deed het wel.
Voorts is het hele verhoor een aaneenschakeling van rehabilitatie van velen (commandant Veldleger, Harberts, Winkelman) en een grofstoffelijke opsommingen van vage statistieken (prestaties officieren, onderofficieren, beroeps of reserve). Het verhoor bevat geen enkel novum en geen enkele behoorlijke analyse van de gang van zaken rond de slag. Het is een erbarmelijke vertoning geweest van politiek correcte uitspraken en neiging tot absolute rehabilitatie van de hogere militairen. » Dit bericht is geplaatst op 17 maart 2004 14:43 |