Vergroting afbeelding

Restanten van het paviljoentje op de Grebbeberg - 16-20 mei 1940Rechts (oostelijk) van het huidige hotel ‘t Paviljoen aan de Grebbeweg staat een kleine witte bungalow op ongeveer de plek waar tijdens de oorlogsdagen het oude Paviljoentje stond. Het is in deze uitspanning waar majoor Landzaat (commandant I-8 R.I.) rond het middaguur van 13 mei 1940 zijn commandopost vestigt. Standhouden, tot de laatste kogel en de laatste man is het én zijn devies. Met slechts een handvol officieren, onderofficieren en manschappen en voorzien van enkele lichte mitrailleurs en geweren weten zij een krachtige verdediging te voeren tegen de oprukkende Duitsers. Langzaam raakt de commandopost echter omsingeld en wanneer er met PAK-geschut (licht Duits infanteriegeschut) op het Paviljoentje wordt geschoten en het gebouw dreigt in te storten, bedankt majoor Landzaat de manschappen en beveelt hen te vertrekken. Onder een luide driewerf hoera en woorden van dank over en weer verlaten de overlevenden het gebouwtje en worden kort daarop in de omgeving krijgsgevangen gemaakt. De majoor, een militair in hart en nieren en een inspirerend voorbeeld voor velen, houdt zijn woord en blijft op zijn post. Na de strijd worden de stoffelijke resten van majoor Landzaat gevonden onder het puin van het ingestorte en deels verbrande Paviljoentje. In 1946 wordt hem posthuum de hoogste Nederlandse militaire onderscheiding (voor individuen) toegekend: de Militaire Willems-Orde der 4e klasse wegens: |
