Basisgegevens II – 3 RI .
Specifieke informatie over de 2e compagnie heb ik niet beschikbaar, maar die is er vrijwel zeker wel ( zie helemaal onderaan ).
Het beste is om er een kaart van Nederland bij te nemen, gezien er nogal wat verplaatsingen zijn geweest.
Commandant van II- 3 RI: reserve majoor Somers
Commandant van de 2e compagnie ( 2 – II – 3 RI ): res. kapitein Van Tongeren
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
3 RI lag aanvankelijk in de z.g Peel-Raamstelling in Noordbrabant.
Het behoorde tot de VIe divisie en die weer tot het IIIe Legerkorps.
In April 1940 besloot de niet lang daarvoor benoemde generaal Winkelman dat bij een Duitse inval het IIIe Legerkorps moest worden teruggetrokken over de Grote Rivieren om daarna de z.g Waal/Linge-stelling te gaan bezetten.
Het zou wat te ver voeren om hier de redenen daarvoor te gaan bespreken.
Dit besluit was aan zo weinig mogelijk militairen ( eigenlijk alleen de hoogste ) bekend gemaakt om de Duitsers niet wijzer te maken en op ideeen te brengen..
De Duitsers waren dus op de 10e bij hun inval niet op de hoogte.
Mede daardoor kon de terugtocht zonder veel problemen verlopen.
Gelukkig maar, want de terugtrekkende troepen ( behalve het IIIe Legerkorps trok ook de z.g Lichte Divisie terug, wat het totale aantal militairen op zo’n 30.000 bracht ) waren een makkelijke prooi geworden voor de Duitse luchtmacht.
Natuurlijk zijn er hier en daar wel Duitse vliegtuigen verschenen en er zijn ook wel wat slachtoffers gevallen ( niet bij 3 RI overigens ), maar het had veel en veel erger kunnen zijn.
Van elk regiment in de Peel-Raamsteling werd trouwens een bataljon achtergelaten om de terugtocht te dekken. Bij 3 RI was dat het 1e bataljon ( I – 3 RI ), het 2e en 3e bataljon waren dus bestemd mee terug te trekken over de Waal.
De bedoeling was aanvankelijk om de terugtocht te laten beginnen na donker worden op de 10e mei, maar dat besluit werd teruggedraaid en men is al relatief vroeg in de morgen op mars gegaan.
Om het allemaal makkelijker te maken en tijd te winnen waren de onderdelen, die mee over de grote rivieren zouden gaan, al sinds half april geconcentreerd in de omgeving van Den Bosch / Vught.
3 RI ( d.w.z het 2e en 3e bataljon plus enkele ondersteunende onderdelen ) trok over de Maas via de pontonbrug bij Lith.
Daarna werd uitgerust tot 20.00 bij Alphen, waarna de mars werd voortgezet.
Vanaf dat moment volgde II – 3 RI zijn eigen weg en bereikte,via Dreumel, Wamel. Vervolgens werd in de nacht de Waal overgestoken via de schipbrug bij Tiel en nam het bataljon vanaf 3.30 op de 11e mei positie in langs de Waal tussen ruwweg Passewaaij en Zennewijnen.
Uit het batalljonsverslag en de compagniesverslagen zal moeten blijken wat men daar precies heeft gedaan.
Waarschijnlijk is dat er b.v patrouilles zijn gevormd om vermeende landingen van Duitse parachutisten tegen te gaan. Geruchten over dat laatste waren er al op de 11e mei.
Het zal hebben geleid tot afmatting van de ingezette militairen
Op de 12e mei werd van hogerhand aan de troepen van de VIe divisie bevel gegeven zich voor te bereiden of een verplaatsing van de Waal naar de Linge, die om allerlei redenen beter verdedigbaar was.
Op de 13e ging dat bevel inderdaad uit, maar het werd niet meer opgevolgd omdat er inmiddels een ander bevel was binnengekomen: terugtocht op het Oostfront van de Vesting Holland.
Dit stond in verband met de doorbraak van de Duitsers bij de Grebbeberg, waardoor de Grebbelinie ( omsingeling dreigde ) in de lucht kwam te hangen en het Veldleger ( het IIe en het IVe Legerkorps, die in de Grebbelinie stonden, evenals Brigade A in de aansluitende Betuwestelling ) opdracht kreeg om terug te gaan om genoemd Oostfront ( in feite de Waterlinie ).
Plannen om 5 bataljons van het IIIe Legerkorps naar de Grebbeberg te sturen om daar het getij te keren werden geannuleerd omdat de zaak daar inmiddels was beslist. Of II – 3 RI tot die 5 bataljons behoord zou hebben is mij onduidelijk, maar waarschijnlijk was dat niet het geval.
De VIe divisie ( inclusief 3 RI, behalve dus het 1e bataljon, dat in de Peel-Raamstelling was achtergebleven en de meidagen op een heel andere manier heeft beleefd ) ) kreeg opdracht tot bezetting van de z.g “ Groep Lek – Zuid “van het Oostfromnt van de Vesting Holland, globaal tussen Vianen en Leerdam.
Om 20.00 op de 13e mei ving deze ( nieuwe ) terugtocht aan.
De door II – 3 RI gevolgde route ging via Wadenoyen, Geldermalsen, Tricht en Beesd naar Schoonrewoerd. Makkelijk was het allemaal niet, omdat A) de wegen onder water begonnen te lopen in verband met de opkomende inundaties van het Oostfront en B) ook andere onderdelen van dezelfde weg gebruik maakten.
3 RI heeft nog tijdelijk de z.g Diefdijk ( ten zuiden van Everdingen ) bezet.
Op de 14e mei rond 12.00 uur stond II – 3 RI bij Hoogeind, iets ten noorden van Leerbroek.
Daar vernam men later het bericht dat er was gecapituleerd.
Het verhaal van II – 3 RI in de meidagen is kort samengevat: veel marcheren en geen aanraking met de Duitsers ( afgezien van mogelijke vliegtuigaanvallen, daarover zullen de verslagen van het onderdeel wel uitsluitsel geven ).
Dit lijkt weinig enerverend,maar er mag niet vergeten worden dat deze troepen natuurlijk geen enkel idee hadden van at hen mogelijk nog boven het hoofd hing. Ook hier zal natuurlijk de spanning van de oorlog zijn gevoeld.
Dat II – 3 RI op zichzelf weinig van de oorlog heeft gezien blijkt uit 2 zaken:
A) men had geen slachtoffers te betreuren en
B) er zijn geen onderscheidingen uitgereikt aan militairen van dit onderdeel ( dit geldt overigens ook voor het 3e bataljon en de ondersteunende onderdelen van het regiment ).
Voor meer details ( zeker ten aanzien van de we compagnie van II – 3 RI ) kunt u het beste bij het NIMH (
nimh@mindef.nl ) de verslagen en rapporten opvragen van II – 3 RI en met name die van 2 – II – 3 RI.
In de meeste gevallen zullen die er wel zijn.
De namen van de commandanten heb ik boven al vermeld.-----------------