|
Fantastisch! Het stuk “De mythen van mei 1940” geeft HP de Tijd nog steeds veel aandacht. Totaal irrelevante ingezonden brieven worden klakkeloos geplaatst, terwijl ze niets met het bewuste artikel te maken hebben. HP de Tijd, die wel inhoudelijke reacties sans rancune inkortte, plaatst de laatste weken de ene fantastische reactie na de ander, schijnbare zonder redactie. Deze week (HP 10 juni) vindt een meneer of mevrouw Versijp uit Den Haag een gratis platform. Twee fantastische passages wil ik u niet onthouden:
“[citaat]De Fransen en de Belgen hebben de Nederlandse regering toen [AG: toen Reynders vasthield aan de Peel-Raamstelling] bewogen om voor Reynders een andere generaal te benoemen, een die wel het open eind in Noord-Brabant wilde verdedigen: het werd Winkelman. Er was dus wel degelijk geheim overleg. Ook Winkelman heeft de Peelstelling steeds als vertragingsstelling gezien, die eigenlijk door de Fransen in een later stadium overgenomen zou moeten worden.[einde citaat]”
Wat een waarachtige kul, en waar haalt zo iemand deze wijsheid toch vandaan???? Van voor tot achter is het volkomen op ononderbouwde suggestie gebaseerd. Allereerst heeft het ontslag van Reynders niets te maken met contact met (vermeende) bondgenoten. De hoofdzaak voor het ontslag was de verstoorde relatie van Reynders met de regering, en in hoofdzaak met Dijxhoorn. De tweede was verschil van inzicht tussen Reynders en Dijxhoorn over de te volgen strategie. Reynders was juist een hardnekkig voorstander van verdediging van Brabant, vooral ook omdat hij geallieerde hulp in de rug verwachtte. Juist Winkelman was de man die – m.i. terecht overigens – concludeerde dat ons leger te klein was voor hardnekkige verdediging van EN Vesting Holland EN de Peel-Raamstelling. Hij moest kiezen. Bij Winkelman’s aanstelling werd nooit door de regering geeist dat hij Brabant zou verdedigen. Sterker, zijn redenen om het niet (hardnekkig) te verdedigen werden door Dijxhoorn niet bestreden. Daarnaast wist Winkelman dat de linie het maximaal 48 uur kon uithouden met de ijle bezetting, en meende hij te weten uit de (geheime) contacten van Van Voorst Evekink in Parijs dat de Fransen beslist niet oost van Tilburg zouden optreden. Ze zouden de Antwerpse zone slechts verdedigen - een strategisch zeer verklaarbaar besluit. Tenslotte was het juist Winkelman die contacten legde met de geallieerden, en niet Reynders. En het was Winkelman die juist op basis van die contacten concludeerde dat de Fransen geen intenties hadden oost-Brabant te verdedigen, of boven de rivieren troepen te brengen (alhoewel hij er wel op hoopte toen het uur U inmiddels geslagen had …) Welke bronnen Versijp heeft voor zijn curieuze beweringen benieuwd me zeer. En ongetwijfeld de biograaf van Winkelman, Teo Middelkoop, ook! Je zal maar een nieuwe druk van je boek aan het afronden zijn en dit novum vernemen dat je in jaren onderzoek volkomen over het hoofd hebt gezien ... :-)
Een tweede, overigens wat minder curieuze, wijsheid:
“[Citaat] De rol van de Engelsen is in een regel te vertellen. Een kleine afdeling lichte tanks die nodig waren om de parachutisten de baas te worden, is een paar uur in Hoek van Holland geweest om vervolgens weer overhaast te vertrekken.[Einde citaat]”
Die “kleine tanks” waren slechts een handvol brencarriers. Het feit dat deze benaming wordt gebruikt verraad weinig ingevoerdheid in de materie. Deze brencarriers waren niets meer dan zeer lichte pantserwagens van de klasse van onze uit de dertiger jaren stammende Cardon-Lloyds. Ze waren helemaal niet speciaal tegen parachutisten bedoeld, maar gewoon een zeer klein gepantserd standaard onderdeel van het bataljon Guards dat landde in Hoek van Holland. De Britten waren alleen geïnteresseerd in het vernietigen van de olievoorraden in Pernis en omgeving. Voorts hadden ze belangstelling voor vernietiging van haveninstallaties, ook van de Noordzeesluizen bij Ymuiden. De Britse bijdrage bestond voorts uit enkele bombardementen (strategische bruggen over de Maas - via Belgie, Waalhaven en Ypenburg) en enkele jagersweeps. Daarnaast lichte ondersteuning van maritieme operaties, vooral rond Den Helder en voor de kust van Rotterdam.
Begrijp me goed. Deze briefschrijver zal ongetwijfeld een goedbedoelde hobbyist zijn, en vast iemand die vrij veel over deze materie leest of heeft gehoord. Het is mijn intentie niet mensen belachelijk te maken. Wat me wel opvalt is hoe de pers dit soort ongefundeerde – van enige bron of aanwijzing gespeelde – “ontmythologisering” maar telkens van een platform voorziet. Los van het feit dat het inhoudelijk niets met het stuk in kwestie (Schulten/Amersfoort) te maken heeft, en dus helemaal geen redactionele goedkeuring zou verdienen, is het ook jammer dat dit soort artikelen telkens weer zoveel aandacht krijgt in dergelijke bladen dat mensen deze mythes gaan geloven. Jammer. » Deze reactie is geplaatst op 11 juni 2005 20:18 |