Discussiegroep

Onderwerp: Lotgevallen Kol A.A.M. van Loon (C-IV Div)

Totaal berichten: 14
2.536 keer gelezen
6 reacties
Categorie: Overig Mei 1940
Na de oorlog is er het nodige te doen geweest over het optreden van C-IV Div, Kol van Loon. Van de commissie Nierstrasz krijgt hij een zware onvoldoende, Van Loon zou door de krijgsraad moeten worden beoordeeld, danwel voorgerdragen voor ontslag (zie brief van Nierstrasz aan Van Loon dd 21 januari 1948 http://www.grebbeberg.nl/index.php?page=schrijven-van-generaal-majoor-b-d-v-e-nierstrasz-aangaande-van-loon).

Stukken van latere datum ondertekend Van Loon achtereenvolgens als "Kolonel o.n.a. ("op non activiteit") (bv. brief Van Loon aan Chef GS dd 16 Maart 1948 http://www.grebbeberg.nl/index.php?page=schrijven-van-kolonel-a-m-m-van-loon-3) en "Kolonel bd" (bv. brief Van Loon aan H-Sie G8 GS http://www.grebbeberg.nl/index.php?page=schrijven-van-kolonel-a-m-m-van-loon-2).

Kennelijk is Van Loon eind januari/begin februari 1948 op non-actief gesteld, en is hem ergens in de loop van 1948 ontslag verleend. Meer kan ik niet over hem vinden. Wat gebeurde er precies? Is Van Loon nog door de krijgsraad berecht? En is hem uiteindelijk eervol of oneervol ontslag verleend? Wie weet meer?

Tjipke de Vries
» Dit bericht is geplaatst op 22 september 2006 17:12
(redactie)
Totaal berichten: 849
De reden voor het ontbreken van het, min of meer verlossende, stuk m.b.t. het onderzoek naar het optreden van Van Loon ligt in het feit dat sinds enige tijd alleen kopieën van de stukken bij het NIMH voorhanden zijn. De originelen zijn netjes opgeborgen (zoals het hoort!). Punt is alleen dat tijdens het kopiëren van de stukken er het nodige is misgegaan waardoor bij een significant aantal rapporten de nodige pagina’s ontbreken. Ook van het bewuste rapport met de uitkomst van het onderzoek Van Loon...

Als je het mij vraagt dan zat Van Loon 'in de tang'. Los van het feit of hij voldoende heeft opgetreden in die meidagen kun je stellen dat hij enerzijds als Divisiecommandant de hoogste commandant in het gebied bij de Grebbeberg was, en derhalve verantwoordelijk, anderzijds had hij blijkbaar niet zoveel aanzien c.q. macht in de hogere militaire kringen dat hij daarmee zichzelf kon verdedigen / vrijstellen van nadere 'vervolging'. Hij werd daarmee m.i. een speelbal van de onderzoekscommissie o.l.v. Nierstrasz. en De Klerck. Dat dit zeer uitgebreide onderzoek in feite een lachertje was blijkt m.i. al uit de alinea op de 1e pagina van het rapport waarin het volgende gesteld wordt:

"De Commissie is niet dieper op het beleid ingegaan dan strikt noodzakelijk was, omdat dit leiden moest tot bespreken en beoordelen van handelingen van de opvolgende hogere chefs van Commandant IVe Divisie [Van Loon], hetgeen uit hoofde van de vroegere rangs- en dienstverhoudingen der Commissieleden tot die Chefs, niet wenselijk werd geacht.".

Ik interpreteer dit als: De hoogste persoon die verantwoordelijk kon worden gesteld voor het falen van de verdediging van de Grebbeberg was Van Loon. Zijn hogere commandanten werden met dit gestelde min of meer vrijgesteld van nader onderzoek. Dit terwijl een aantal kritiekpunten m.b.t. het beleid van Van Loon door Harberts zelf werden ingebracht.

De slotconclusie van het 16-pagina’s tellende onderzoeksverslag (d.d. 1 maart 1948) luidt als volgt:

"Alle officieren van de Staf der IVe Divisie, die wij daarop ondervroegen – de processen-verbaal der verhoren tonen dat aan – zijn vol lof over Kolonel Van Loon. Ook en vooral uit de verklaring van de Divisiearts blijkt de geest, die er heerste in de Staf. Was er reeds in de mobilisatietijd een geest van samenwerking, hard werken en goede verstandhouding ontstaan, in die zelfde geest is er onder Kolonel Van Loon, die de anderen door zijn rustige houding tot grote steun was, gedurende de oorlogsdagen zonder onderbreking met ernst en toewijding gearbeid; dat daarbij fouten zijn gemaakt ligt voor de hand.

Uit het vorenstaande volgt, dat er naar ons oordeel geen enkele aanleiding is, om ten aanzien van Kolonel Van Loon anders dan eervol ontslag in overweging te nemen."

De reden voor het feit dat Van Loon op non-actief was gesteld is mij onduidelijk, maar mogelijk is dit standaardprocedure gedurende een dergelijk onderzoek?

De conclusie die je kunt trekken is dat Van Loon er behoorlijk gemangeld uit is gekomen. Dit is voor een deel aan hem zelf te wijten, uit de correspondentie met de onderzoekscommissie blijkt dat er op een aantal punten behoorlijk verschil van mening bestond en Van Loon was blijkbaar niet iemand die dat wilde aannemen. Het is jammer dat de onderzoekscommissie zich heeft beperkt tot Van Loon en lagere commandanten en niet 'naar boven' heeft gekeken. Waar kwamen toch die o zo positieve berichten vandaan over die tig-duizend Fransen die al bij Doorn zaten en de Engelse luchtsteun waarover in diverse legerorders melding wordt gemaakt (herkenbaar aan etc...). Als je het mij vraagt zijn deze vragen veel interessanter dan of Van Loon met zijn chauffeur ergens op een bepaald moment een broodje aan het eten waren...
» Deze reactie is geplaatst op 23 september 2006 10:53
Totaal berichten: 14
Dank voor de reactie!

Het zou inderdaad buitengewoon interessant geweest zijn als de commissie Nierstrasz ook het handelen van de hogere commandanten onder de loep had genomen. Het optreden van Harberts en de onderlinge verhouding tussen Harberts en de commandant veldleger, Van Voorst tot Voorst zouden zeker ook interessant onderzoeksmateriaal zijn geweeest...

Maar ook het geciteerde eindverslag van de commissie geeft niet het verlossende antwoord over wat precies de verdere gang van zaken t.o.v. Van Loon is geweest. Het was immers een conclusie en aanbeveling, de rechtspositionele gevolgen (rechtszaak, eervol c.q. oneervol ontslag) kwamen pas daarna. De vraag blijft dus wat de definitieve beslissing n.a.v. het onderzoekrsrapport is geweest.

Ik vind het overigens opmerkelijk dat de eindconclusie in het onderzoeksrapport een totaal andere is dan die eerder aan Van Loon werd medegedeeld, in de brief die aan hem werd verzonden werd immers gesproken van doorverwijzing naar de militaire rechter danwel eervol of oneervol ontslag.

Er zijn overigens wel de nodige vraagtekens te plaatsen bij het handelen van Van Loon, zoals Nierstrasz die in zijn brief op 21 Januari 1948 ook stelt. Feit is dat de voorbereiding en coordinatie van de op 12 mei door Harberts verordonneerde tegenaanval (die uiteindelijk in de vroege ochtend van de 13e werd uitgevoerd) te wensen overliet. Ook het feit dat Van Loon er de 12e persoonlijk op uit ging, o.a. om wapens te halen voor die tegenaanval en dat niet overliet aan een ondergeschikte is een vreemde beslissing geweest. Dat hij tijdens die tocht ergens is wezen koffiedrinken of lunchen is niet relevant, maar het gegeven dat hij die tocht überhaupt ondernam is dat wel. Ook het chaotische terugtrekkeken van de commandopost van IV Div op 13 mei, waarbij Van Loon onderweg ergens het verkeer is gaan regelen in plaats van zich bezig te houden met belangrijkere zaken maakt geen sterke indruk. Dat het personeel van zijn staf achteraf sympathieke woorden voor hem en de sfeer op zijn staf over heeft is natuurlijk mooi meegenomen, maar eigenlijk ook niet zo relevant.

De verklaring van Van Loon van 19 oktober 1949 http://www.grebbeberg.nl/bibliotheek/data/rap00650.html waarin hij stelt dat hij achteraf bepaalde uitspraken anders gedaan zou hebben aangezien "verschillende feiten" anders waren dan hij ze zich had voorgesteld is overigens ook erg curieus...
» Deze reactie is geplaatst op 23 september 2006 12:08
(redactie)
Totaal berichten: 2.114
Mooie bijdrage Rutger!

Van Loon was een van de vele bevelvoerders die geslachtofferd werd. Opvallend is namelijk dat veldcommandanten - daar waar "goed gevochten" was - massaal (en van hoog tot laag) gedecoreerd werden, maar daar waar de uitkomst van de strijd niet gunstig was voor het algeheel verloop [defensie strategie] zien we gebrek aan respect en waardering. Naast van Loon is bijvoorbeeld Scharroo zo'n voorbeeld. Een officier die heel goed gepresteerd heeft maar nog geen kruis van verdienste ontving!

Van Loon was ongetwijfeld een uitstekende manager. Dat is wel gebleken uit de steun die hij ontving van zijn stafofficieren. Of Van Loon een geschikte divisiecommandant is durf ik sterk te betwijfelen. Het gaat er alleen om in welke mate hem dat verwijtbaar gemaakt kan worden. Het was de landmacht zelf die hem bevorderde, maar tevens gaat het er om of hij verwijtbaar gehandeld heeft. Dat laatste is hem - zo bleek uit het onderzoek - niet ten laste te leggen. En daarmee verviel de noodzaak van een krijgsraad.

Van Loon was een vredessoldaat en een officier die een product was van onze armzalige officiersopleiding. Een divisiecommandant die zelf wapens gaat halen voor een ontwapend bataljon, die regelmatig buiten bereik van zijn staf gaat terwijl de strijd op zijn hoogtepunt is, die zich amper tot niet bemoeid met de (slechte) artillerie tactiek van zijn DAC en een divisiecommandant die zuiver reactief leiding geeft. Het leiding geven aan een divisie, zoals de huidige officier beslist een veelvoud beter zou doen, was deze interbellum officieren simpelweg niet bijgebracht. Op geen enkel moment tijdens hun actieve (vredes)loopbaan hadden ze daadwerkelijk een veldeenheid onder zich ter grootte van meer dan een bataljon. Oefeningen in het leiden van grotere verbanden kwamen niet voor. Bij hoge uitzondering werden iets grotere verbanden bij elkaar gebracht, maar oefeningen met een groot realiteitsgehalte waren om reden van kosten ondenkbaar. Het bleef beperkt tot krijgsspellen en papieren maneouvres.

En dan nog; ons veldleger was - raar genoeg [als men de capaciteiten weegt] - vooral geoefend in de bewegingsoorlog. Stellingenoorlog was nu juist hetgeen waarvoor de hogere regimenten waren bedoeld. Het veldleger was het "actieve" deel van het leger en bedoeld op een dynamische wijze de strijd in het vrije veld te voeren. Van Loon en zijn collegae waren totaal niet getraind of onderricht in de strijd die hen in mei 1940 te wachten stond.

Het gebrek aan oefening en gebrek aan opleiding in het leiden van een divisie [ook in een stellingenoorlog] wordt qua tekortkoming nog eens versterkt door het vrijwel totale gebrek aan twee zaken: de theorie van "combined arms" en de zeer gebrekkige verbindingen.

Hoewel Van Loon slechts drie kilomter achter het front zat - in de huidige westrand van Rhenen - had de man op geen enkel moment een juist beeld van de verhoudingen op het slagveld en de status van zijn divisie. Van Loon kon daar in principe weinig aan doen, maar heeft zelf geen enkele poging gedaan om bijvoorbeeld zelf de berg op te gaan en de status te meten. Iets wat Harberts - veel meer een geboren militair en leider - wel deed.

Als we Harberts en Van Loon naast elkaar zetten zien we opvallende divergerende verschillen. Harberts was geen inspirator door positieve energie te delen, maar door brusk optreden. Zijn moed en onverschrokkenheid moest afstralen op zijn mannen. Een hoog Patton gehalte zeg maar. Van Loon was - zo begrijpen we uit alle verslagen - wel een man van positieve energie. Hij was een echte manager op de staf, een echte oudste. Daar waar Harberts constateert dat hij niet voldoende op de hoogte wordt gehouden, daar vertrekt hij ogenblikkelijk naar het front. Hij brengt bezoeken aan de CP's van zowel de divisie als de regimentscommandant. Hij gaat zelf de kruitdamp proeven. Zijn afwezigheid op zijn staf is altijd met een "agressieve" reden. Hij trekt voorwaarts. Van Loon doet precies het tegengestelde. Daar waar Van Loon bij zijn staf afwezig is, is hij achterwaarts te vinden. Hij gaat zelf wapens halen, gaat zelf leiding geven aan het verkeer maar altijd in de achterhoede. Totaal niet in lijn met zijn taakstelling. En nooit met een (gezonde) aggressieve intentie.

Even opvallend is de rol van Hennink. Direct rapporterend aan Van Loon. We zien Hennink als de getalenteerde hogere veldcommandant. Bij zijn troepen en met een duidelijke intentie het lot van zijn troepen te delen. De bevelen aan zijn troepen zijn zijn bevelen. Net als bij Landzaat. Des te opmerkelijker is de rol die Harberts speelt als hij zijn woede over de voorposten vooral tegen Hennink uit, juist de officier die hem na aan het hart zou moeten hebben gelegen [maar wat wist Harberts daarvan op dat moment]. Zowel Hennink als Harberts zijn leiders met een nauwe interpretatie van hun taak, met een oprechte militaire inslag. Even opvallend is dat juist Barbas - die zich een bekwaam divisiecommandant toonde - in ongenade was bij Harberts. Juist de mensen die Harberts zou moeten hebben ervaren als "uit het juiste militaire hout gesneden" viel hij aan!

Van Loon zal beslist geen onwelwillende of laffe commandant zijn geweest, zoals wel werd gesuggereerd uit de vragen die hij - vooral in eerste instantie - voor de voeten geworpen kreeg. Wel is Van Loon een zeer beperkte commandant gebleken die bepaald niet heeft geëxcelleerd als divisiecommandant. Toch kan hij niet van plichtsverzuim worden beticht en daarom is eervol ontslag (desondanks) zijn deel.

Het is überhaupt opvallend hoe slecht de staf van de 4e Divisie in veel zaken heeft gefunctioneerd. De logistieke planning in het vak was weerzinwekkend slecht, er lijken totaal geen voorbereidingen te zijn getroffen om reserve eenheden op een verstandige tactische wijze te ontplooien achter het front, de fourage was beroerd, de artillerie werd heel slecht geleid, de luchtafweer werd beroerd gepositioneerd, etc., etc. Ook de DAC [Divisie Artillerie Commandant] is onderwerp van nauwgezet onderzoek geweest [net als de LKAC], en terecht. Als men de artillerie prestaties bekijkt in het vak van 2.Div dan ziet men dat een zeer effectieve artilleriesteun is verleend. Een uitstekende samenwerking tussen artillerie en infanterie. Daar komt bij dat de verbindingen beter bleven, maar ook dat was onderdeel van de divisieverantwoordelijkheid [het verschil tussen de verbindingslijnen - de wijze van beschermen en ingraven - was grotesk]. Er waren effectievere vuren voorbereid, de batterijen stonden klaar in de juiste kaarthoek zodat direct vuursteun kon worden gegeven en er werd door de infanterie zeer snel, goed en effectief vuursteun gevraagd. Bij 4.Div werd drie dagen lang op angstige en zeer conservatieve wijze leiding gegeven aan de artillerie. Kennelijk ook zonder ingrijpen van Van Loon. Ieder cruciaal moment in de slag om de Grebbeberg moest de infanterie enige artilleriesteun ontberen. De artillerie heeft veel te weinig gevuurd en vooral vrij zinloze vuren in de vijand zijn tweede en derde echelon afgegeven. Daarnaast waren de terugtocht bevelen [en logistiek] zo slecht dat vrijwel iedere batterij volmaakt onnodig zijn schaarse stukken vernietigde. Dat alles was bepaald niet alleen de schuld van een voor zijn taak ongeschikte DAC, maar zeker ook van een ongeschikte divisiecommandant.

En wat betreft de spookverhalen over geallieerde steun. Dat is niet zo moeilijk te beantwoorden. Die verhalen kwamen van de staf van het Veldleger. Daar had Van Loon part noch deel aan. Ik deel beslist je mening [Rutger] dat de onderzoekscommissie zich veel meer had moeten verdiepen in de hogere commando's, met name ook het Veldleger. Maar ja, alle commissieleden en onderzoeksleden kwamen bijkant uit de staf Veldleger. En jezelf onderzoeken ... die moed hebben weinigen.
» Deze reactie is geplaatst op 23 september 2006 12:08
(redactie)
Totaal berichten: 2.114
Over synchroniseren gesproken; exact tegelijk posten is een unicum!
» Deze reactie is geplaatst op 23 september 2006 12:15
(redactie)
Totaal berichten: 2.294
Hoewel ik het met het verhaal van Allert over Harberts en Van Loon zeker eens ben, moet ik voor de volledigheid en op grond van billijkheid tegenover Van Loon toch stellen dat hij wel degelijk OP de Grebbeberg aanwezig was bij de voorgenomen tegenaanval van II - 19 RI in de nacht van 11 op 12 mei. Hij is destijds meegegaan tot de Stoplijn.
Verder denk ik dat je Van Loon niet eens zoveel kunt verwijten met betrekking tot zijn optreden TIJDENS de meidagen, maar zeker wel met betrekking tot zijn optreden DAARVOOR. Denk b.v alleen maar aan de totaal onvoldoende georganiseerde verdediging bij de opgang tot de Grebbeberg.
» Deze reactie is geplaatst op 23 september 2006 12:32
(redactie)
Totaal berichten: 2.114
Hajo, I stand corrected. Je hebt volkomen gelijk. Het was me simpelweg ontschoten.

Overigens wil ik er op wijzen dat de inrichtingen van de stellingen grotendeels door de staf van het Veldleger werd aangewezen. Wel is de beveiliging van de toegang tot de Grebbeberg met niet-permanente versterkingen inderdaad een zaak geweest van Van Loon en staf. Maar als we dit onderwerp aansnijden dan is er een enorme riedel aan blunders op te sommen. Dat moesten we maar even achterwege laten.
» Deze reactie is geplaatst op 23 september 2006 12:41

Plaats hier uw reactie

Opgelet: We behouden ons nadrukkelijk het recht voor om nieuwe berichten of reacties die voor de thematiek van onze websites en de discussiegroep irrelevant zijn, onbetamelijk of onbegrijpelijk geformuleerd zijn, ongewenste politieke of commerciële lading hebben of inbreuk maken op de privacy van nog levende personen niet te plaatsen. Uw reactie zal pas na goedkeuring door de beheerders zichtbaar zijn in de discussiegroep.

De inhoud van berichten - en daarin vermeldde gegevens en personalia - wordt na publicatie niet gewijzigd en/of verwijderd, tenzij daarvoor een dwingende aanleiding is. Berichtenschrijvers zijn zelf verantwoordelijk voor het toetsen van de inhoud van hun berichten voordat deze worden gepost.

Zie voor meer informatie de Gebruiksvoorwaarden. Tevens verzoeken wij u om kennis te nemen van de FAQ (veelgestelde vragen), wellicht dat uw vraag daar al beantwoord wordt.

Wenst u een gescande foto of ander beeldmateriaal op te nemen bij uw bericht, e-mail deze naar info@grebbeberg.nl en wij verzorgen de plaatsing (meestal nog dezelfde dag).

Bericht:   * 
Uw naam:   * 
 
E-mailadres:     * 
Om ongewenste (spam)berichten op onze website te beperken vragen wij u hieronder een eenvoudige controlevraag te beantwoorden. Berichten worden alleen geaccepteerd indien deze vraag correct is beantwoord.
1 + 1 =     * 
*) = verplicht veld  

2554