|
Van de drie boeken die ik heb aangeschaft (zie onder) heb ik 'De zak met vlooien' inmiddels uitgelezen. De andere twee moeten nog even wachten, maar liggen klaar.
Even een soort 'boekbespreking', of liever gezegd: zomaar wat gedachten.
'De zak met vlooien' gaat over de talloze, eigenlijk continue ontvluchtingspogingen van Nederlandse officieren, die in totaal met ongeveer 2000 man zaten opgesloten in achtereenvolgens de krijgsgevangenenkampen van Neurenberg, Stanislau (Polen) en Neu-Brandenburg. Wat een onwaarschijnlijk verhaal. De ik-figuur (auteur Gijsbrecht van Amstel) is drie jaar lang continu bij allerlei ontsnappingspogingen betrokken. Tunnels graven, bij nacht gaten in de afrastering knippen, in vermomming proberen de poort uit te lopen... etcetera, etcetera.
Eenmaal lukt het Van Amstel en zijn kompaan Paul om echt weg te komen, maar ze worden na een lange trektocht door de Karpaten weer opgepakt ter hoogte van de Pools-Hongaarse grens. Verder mislukken eigenlijk alle pogingen; vooral op de tunnelpogingen rust een vloek. In totaal graven ze in Stanislau en Neu-Brandenburg vele honderden meters tunnel.
De avonturen zijn nauwelijks te geloven en Van Amstel weet goed hoe je een spannende anekdote vertelt. Waar je even aan moet wennen is zijn toffe-jongens-toontje: Duitsers zijn 'edel-Germaantjes', als de Nederlanders weer eens betrapt worden en de Duitse Hauptmann buldert wat ze daar staan te doen, is het antwoord steeds iets schijtlolligs als "We stonden op de tram te wachten", etc. Dat is soms wat vermoeiend, maar daar lees je vanzelf overheen en dan is 'De zak met vlooien' een pageturner. Je ziet de film al voor je, als het ware, om die discussie maar weer eens op te rakelen. De Nederlandse filmindustrie kan misschien nooit het geld bijeenharken om een waardige film te maken over de Slag om de Greb, maar dit boek...? Ik zou zeggen: spannender dan 'De Bunker' met Thom Hoffmann - en qua logistiek en enscenering misschien wél te realiseren.
Dan nog even wat inhoudelijk-historische gedachten. Er van uitgaande dat Van Amstel het verhaal accuraat heeft opgeschreven, heb ik me er hooglijk over verbaasd hoe laconiek de Duitsers waren over de continue ontsnappingspogingen van de Nederlandse officieren in het algemeen, en die van Van Amstel in het bijzonder. Ze verzinnen een stoutmoedig plan, dat valt vervolgens in duigen en telkens weer (tot wel tien, vijftien keer toe) komen de betrokkenen er van af met tien dagen cel, om vervolgens weer aan de slag te gaan met de volgende tunnel, of route via een ongebruikte zolder. De kampbewakers lijken er zelfs de humor wel van in te zien.
De Nederlanders stelen voortdurend als de raven: allerlei gereedschap, sleutels, documenten en wat dies meer zij. Als we Van Amstel mogen geloven, stonden de Duitsers bij de ontdekking van weer zo'n zakkenrollerij te schelden en te stampvoeten, maar accepteerden ze daarna 'sportief' hun nederlaag. Als voorbeeld noem ik een poging om in Neu-Brandenburg doodleuk met toestemming de poort uit te wandelen, onder aanvoering van een als Duitser vermomde Nederlander met valse papieren. De Duitse schildwacht wordt argwanend, het plannetje gaat bij de slagboom in rook op, waarop de Nederlanders allemaal hun gereedschap en vervalste Ausweis terug het kamp in gooien (voor de ogen van de Duitsers), zodat de Nederlandse collega's dat spul kunnen verstoppen in de barakken. Daaronder ook een blauw pakket met belangrijke vervalste documenten. Het ligt in de modder en de Duitsers roepen: "Laten liggen dat pakket. Wie er een vinger naar uitsteekt, zal worden neergeschoten." Terwijl een bewaker uit zijn wachttoren klautert om het pakket op te halen, trekt een Nederlandse majoor de aandacht door het op een schreeuwen te zetten. De Duitsers kijken even zijn kant op - en weg is het blauwe pakket. Door de Nederlanders op het onbewaakte ogenblik weggegrist. De Hollanders lachen; de Duitsers staan er onnozel bij te kijken - en dat was het dan. Pakket gered.
Het komt me zeer, zeer ongeloofwaardig voor, als ik eerlijk ben. De Duitsers behandelden krijgsgevangen officieren kennelijk vrij goed, maar ik kan me toch niet voorstellen dat ze zich bij voortduring lieten piepelen door de Nederlandse 'vlooien'. Het wil er bij mij amper in dat er niet gezegd is: "Zolang dat blauwe pakket niet is ingeleverd, zitten de dertig man die er het dichtst bij stonden in een cel zonder licht en zonder bed - en krijgt de rest geen eten, geen post en geen warm water. Elke tunnel die we vanaf heden nog ontdekken, gooien we dicht met de gravers erin. We zullen nog wel eens zien wie er hier de langste adem heeft. Volgende vluchters arresteren we niet, maar schieten we dood."
Maar nee: nergens in het boek slaan de Duitsers ook maar zo'n toon aan, laat staan dat het gebeurt.
Heeft Van Amstel het, in het kader van zijn olijke jongenstoontje, allemaal wat 'gezelliger' gemaakt dan het was? Of waren de Duitsers werkelijk zo sportief waar het om uitbraakpogingen ging? Waar het de historische juistheid van het geschetste beeld betreft, heb ik de indruk dat het Pietje Bell-toontje van Van Amstel wat verraderlijk is. Kan iemand hier iets zinnigs over zeggen?
Overigens noemt Van Amstel ergens de ontsnappingspogingen van Larive. Dus zijn boek ('vannacht varen de Hollanders') is als volgende aan de beurt. » Deze reactie is geplaatst op 16 juni 2009 13:55 |