Geachte historici en recescenten,
Na aandachtig het 373 pagina's tellende boekwerk van "De Katholieke kerk van Nederland in tijd van oorlog en bezetting: Priesters in het veldgrijs", 2e druk - 1947 te hebben bestudeerd had ik gaarne het volgende geweten:
In het over specifiek over de Grebbeberg handelende hoofdstuk "Rond de Duivelsberg" pagina 129 t/m 176 wordt geen enkel woord gerept over de heldendood van Majoor Landzaat op deze Duivelsberg (Grebbeberg. Zijn naam wordt geheel niet vermeld.Daarentegen wordt wel melding gemaakt van het heldhaftig overlijden van Majoor Jacometti. Het boekwerk werd geschreven door Hans Hermans in samenwerking met Kolonel H.J.J.M. van Straelen, hoofdlegeraalmoezenier. Het voorwoord was zijne eminentie Johannes Kardinaal de Jong, aartsbisschop van Utrecht. Godsgelovige mensen.
Om een idee te geven dat men binnen dit boekwerk zeer gedetailleerd te werk is gegaan, bij deze een passage:
"Kleine incidenten als dat van een man in sportkleeding, die eensklaps den grooten weg af kwam rennen uit de richting Rhenen en vlak achter de opstelling van het pantser-afweergeschut een handgranaat uitwierp en in den bosschen verdween, verhalen over verraad - lag niet de commandopost van een der battaljons pal in het gezicht van een boerenhofstee, de boerderij van Weisz, waar de laatste jaren een Duitscher in woonde en bleek de vijand niet zer goed te weten waar hij moest mikken om dezen commandopost te treffen! - deden de rest." - pagina 157
Krijgswetenschappelijk historicus Van Nierstraz, welke door de toenmalige Regering werd opgedragen de Krijgsgeschiedenis te rapporteeren, wist in de Militaire Spectator van eind 1941 haarfijn en in heroïsche toon precies uit te doeken te doen, hoe Majoor Landzaat aan zijn einde is gekomen. Vinden jullie het ook niet vreemd dat een lijvig boekwerk over priesters in de oorlogsdagen niets vermelden over majoor Landzaat, terwijl majoor Jacometti van 2e bataljon 8 Regiment Infanterie wel wordt vermeld, p. 142 en p. 143 ? Enige tijd geleden heb ik reeds in dit forum het voortijdige opstappen in juni 1941 van een tweetal officieren (Pieters en Couzy, ja de vader van) ,uit de redactie van de Militaire Spectator vernoemd. Dus voor het verschijnen van de artikelen van Nierstraz inzake de heldhaftige strijd en dood van majoor Landzaat op de Grebbeberg zijn deze opgestapt. Kan dit in hetzelfde verband gezien worden als het niet vermelden van majoor Landzaat in het et 373 pagina's tellende boekwerk van "De Katholieke kerk van Nederland in tijd van oorlog en bezetting: Priesters in het veldgrijs", 2e druk - 1947 ?
Ik wil dit bericht gaarne sluiten met een passage uit de Inleiding pagina 7: "Wie konden deze menschelijke geschiedenis van den oorlog beter beschrijven dan de priesters, die hem als aalmoezenier midden tusschen den troepen meemaakten ? Zij stonden de mannenin de moeilijke dagen en uren, die onmiddelijk aan den strijd voorafgingen, bij. Vaak lagen zij met hen in de loopgraven en de mitrailleursnesten. Zij wachtten hen op de in de hulpverbandplaatsen en hospitalen. ... Zij verlieten hen niet toen zij in krijgsgevangenschap werden weggevoerd. Zij troostten de stervenden en begroeven de gesneuvelden. Zij spraken de soldaten en de officieren moed in. Als iemand de menschelijke zijde van de krijgsgebeurtenissen zag was het de priester in het veldgrijs uniform en met de majoors-distictieven op den kraag. Wie de menschelijke geschiedenis van de Meidagen wil schetsen moet de aalmoezeniers naar hun bevindingen vragen. Zulks deden wij.En de bijna honderd aalmoezeniers,die gedurende de mobilisatie en den oorlog in het Nederlandsche leger werkzaam waren,stelden vrijwel allen in ruime mate hun ervaringen ter beschikking. Een aantal priesters, die, zonder aalmoezenier te zijn eveneens zielzorg verrichtten onder de Nederlandse militairen, gaven ook hun belevenissen. Uit deze, met veel moeite en voorzichtigheid onder de oogen van een achterdochtigen bezetter verzamelde gegevens, aangevuld door het officieele relaas van de oorlogshandelingen zelf, ontstond dit boek.Elk der hierin opgenomen feiten op een authentieke mededeeling, een rapport, een brief, een vraaggesprek, een document. Allen, die deze mededeelingen verstrekten, onze oprechten dank.Dit is het verhaal van alle aalmoezeniers tesamen. Geen hunner werd afzonderlijk bij naam vernoemd. Priesters werken niet om hun naam vermeld te krijgen.......
Bussum, 24 Mei 1945 Van Straelen, Hermans,Brand.
"Elk der hierin opgenomen feiten op een authentieke mededeeling, een rapport, een brief, een vraaggesprek, een document. Allen, die deze mededeelingen verstrekten, onze oprechten dank.Dit is het verhaal van alle aalmoezeniers tesamen. Geen hunner werd afzonderlijk bij naam vernoemd. Priesters werken niet om hun naam vermeld te krijgen. "
Is het bovenstaande een cynische opmerking naar eerder verschenen verhandelingen over krijgsverrichtingen van het Nederlandse leger ?
P.S. "Priesters in het Veldgrijs"- Een waarlijk en een eerlijk aanvoelend boek om te lezen.
Hopend op plaatsing en een antwoord verblijf ik,
Vr.gr. Jack Huntjens. » Dit bericht is geplaatst op 27 december 2011 03:28 |