Discussiegroep
Onderwerp: 8 RI
|
1.725 keer gelezen 3 reacties |
Categorie: Slag om de Grebbeberg en Betuwestelling / Gevechten en gevechtsomstandigheden |
Mijn vader was tijdens de slag om de Grebbeberg ingedeeld bij het Achtste Regiment Infanterie, naar ik meen als Lewis M20 schutter. Hij kwam vanuit de Arnhemse Koehoornkazerne.
Bij leven heeft hij heel weinig over zijn wederwaardigheden losgelaten, iets meer over zijn krijgsgevangenschap.
Is het juist, dat 8RI was gelegerd in de nabijheid van Oudehands Dierenpark? » Dit bericht is geplaatst op 15 december 2014 01:31 |
|
|
(redactie)
Totaal berichten: 2.294
|
Ja, een deel van 8 RI was inderdaad gelegerd in de directe omgeving van het Dierenpark. Ik weet ook vrijwel zeker dat ik de naam Lentjes ergens ben tegengekomen, hetzij in een verslag hetzij in "Grebbelinie 1940" van E.H Brongers. Wanneer ik een en ander kan terugvinden maak ik er melding van. » Deze reactie is geplaatst op 15 december 2014 10:58 |
|
|
(redactie)
Totaal berichten: 2.294
|
Ik heb inderdaad de bedoelde plaats in het boek van Brongers kunnen vinden.
Er wordt daarbij geciteerd uit ( zo staat het er ) de rapporten van sergeant Vos en soldaat Lentjes. Of deze soldaat Lentjes uw vader is kan ik zonder meer natuurlijk niet zeggen, omdat de voorletters ontbreken.Daar staat wel tegenover dat Lentjes niet een echt courante naam is.
Het gaat duidelijk om 2 van elkaar losstaande citaten.
1.
" ...... We moesten op onze knieen bij een boom gaan zitten. We werden getrapt en geslagen; onze helmen werden van het hoofd geschopt. Daarna werden we tegen de muur gezet. De Duitse soldaten waren veelal dronken. Uiteindelijk zijn we door een Duitse officier gered. In de stoplijn vuurden onze mensen nog op de vijand. We werden gedwongen hen toe te roepen dat ze zich moesten overgeven. Dat hielp niets want ze vuurden gewoon door........."
2
-------- Buiten gekomen moesten we onze tuniek uittrekken en als dekking voor de Duitsers dienen. Een Nederlandse zware mitrailleur vuurde voor ons langs. Ik heb gezien dat door dit vuur Duitsers vielen. Terwijl we zo als dekking opgesteld stonden is een van ons door een schot in de buik getroffen en gesneuveld. Plotseling kwam er iemand die riep dat we in een kuil mochten dekken. De vijand bracht toen anti-tankgeschut in stelling tegen de helling om de mitrailleur tot zwijgen te brengen. Tijdens het opstellen van dit geschut werden de Duitsers echter door het vuur van deze mitrailleur gedood. Ik heb het sindsdien niet meer in actie gezien.........."
Dit laatste gedeelte stamt met absolute zekerheid een licht gewijzigde weergave van het rapport van sergeant Th.F.VOS. Het wordt nu ook duidelijk tot welk onderdeel deze sergeant behoorde. Hij was groepscommandant bij de 2e sectie van 3 – II – 8 RI. Deze sectie stond in de stoplijn in een stelling niet ver van het punt waar de Leevendaalse Weg kruist met de Cunaraweg. Hieronder het originele verslag zoals het in onze verzameling is opgenomen. Het gaat duidelijk om een en hetzelfde verhaal.
“ We werden allen de stelling uitgejaagd. Buiten gekomen moesten we onze tuniek uittrekken en in een kuil dekking nemen. Na korte tijd werden we uit de kuil gecommandeerd en moesten ( we ) alsdekking voor de Duitsers dienen. Een Nederlandse zware mitrailleur vuurde namelijk voor ons langs. Ik heb gezien dat door dit vuur Duitsers vielen. Terwijl wij zo als dekking opgesteld stonden is een van ons door een shot in de buik getroffen en gesneuveld. Plotseling kwam een van de Duitsers van achteren en riep dat de krijgsgevangenen weer in de kuil mochten dekken. De Duitsers brachten toen een een klein geschut tegen de helling in stelling om de mitrailleur tot zwijgen te brengen. Aan de hand van een mij in de vergadering getoonde foto herken ik het geschut dat in stelling werd gebracht als 3.7 PAK. Tijdens het opstellen van dit geschut heb ik de Duitsers door het mitrailleurvuur zien sneuvelen. Ik heb het geschut niet meer in actie gezien.”
Het eerste citaat in het boek van Brongers stamt duidelijk NIET uit het verslag van sergeant Vos ( ik heb het er niet in kunnen terugvinden ) en zal dus wel komen uit het door Brongers genoemde rapport van soldaat Lentjes. Dit rapport staat om de een of andere reden niet op onze website. Je mag aannemen dat het wel bestaat, anders zou Brongers de naam Lentjes toch niet hebben genoemd. Het is jammer dat wij dat rapport niet hebben, omdat dan ook het onderdeel van soldaat Lentjes duidelijk en een reconstructie mogelijk was geworden. Navragen bij het NIMH of Brongers zou natuurlijk meer duidelijkheid kunnen brengen.
Omdat het gaat om 2 volkomen los van elkaar staande citaten is er geen enkele aanwijzing dat sergeant Vos en soldaat Lentjes tot hetzelfde onderdeel behoorden. Je kunt niet eens met zekerheid zeggen of Lentjes tot de bezetting van de stoplijn behoorde of niet. Wel dat hij het nodige moet hebben meegemaakt. » Deze reactie is geplaatst op 15 december 2014 13:02 |
|
|
|
Hartelijk dank voor uw uitgebreide reactie. Alle militairen op de Grebbeberg hebben het nodige meegemaakt!
De naam Lentjes komt in Huissen wat frequenter voor. Nogal wat soldaten uit Huissen lagen op 'De Greb', dus het staat inderdaad niet vast dat 'Lentjes' mijn vader is, hooguit de mogelijkheid. Ik wist al vroeg van minstens één Huissenaar die er gesneuveld is, doch de achternaam ben ik vergeten
Ik heb mijn moeder eens een foto uit het boek van Brongers laten zien, waarop een Nederlandse soldaat met een homp brood in de hand, die op mijn vader lijkt, maar zij ontkende ten stelligste.
Rond 1960, toen ik in de bouw werkte, hoorde ik soms tijdens schaft verhalen over De Greb. Waarschijnlijk waren er onder mijn oudere collega's voormalige Grebbeberg-soldaten, en hoewel er niet in details gesproken werd, ging het daarbij ook over de soldaten die de benen namen.
Uit de schaarse uitingen van mijn vader meen ik op te kunnen maken dat hij in de hoofdverdedigingslinie (stoplijn?), dus op de berg, lag. Hij sprak vaak met bewondering over majoor Jacommetti. Wellicht is dit een indicatie. » Deze reactie is geplaatst op 15 december 2014 22:46 |
|
|
2554