http://www.grebbeberg.nl/bibliotheek/data/art00117.html
Enkele jaren geleden al las ik dit artikel in het boek 'Vijftig jaar na de inval'. Het kwam op mij over als een hap-snap artikel dat 'even snel' in elkaar was gedraaid voor een congres, zonder goed bronnenonderzoek. Ik was dan ook erg verbaasd om in het nieuwe boek van prof. Amersfoort ('Ik had mijn Roode-Kruis band afgedaan') op blz. 76 een verwijzing te zien naar dit bewuste artikel.
Zo schrijft dhr. Schulten in zijn artikel:
"Eén van de Nederlandse soldaten die zich tijdens de gevechten op de Grebbeberg bijzonder heeft onderscheiden en daarvoor de Militaire Willemsorde kreeg, was J.F.C. Toelen. Deze ontwikkelde tijdens de strijd een grote activiteit en ontdekte op een bunker aan de voet van de Grebbeberg een witte vlag. Hij verwijderde deze en opende op de naderende Duitsers het vuur. Door de Duitse bril gezien zag deze Nederlandse heldenmoed er geheel anders uit. Een van de SS'ers die aan de strijd deelnam, schreef later: 'Unfair war es zum Beispiel, dass mehrfach die weisse Flagge auf Bunkern gehisst wurde und unsere Stosstrupps alsdann aus vorbereiteten Flankenstellungen unter Feuer genommen wurden'."
De opmerking dat soldaat Toelen (M.W.O.) na het verwijderen van de witte vlag (een zakdoek aan een bajonet) zou hebben gevuurd op naderende Duiters is niet terug te vinden in de militaire verslaglegging en lijkt te berusten op een misverstand en bij te dragen aan, zoals Schulten het noemt, 'het vertekende beeld': geen enkel rapport maakt melding van het feit dat Toelen heeft geschoten. Wel blijkt uit de verslagen is dat er op het moment van het weghalen van deze vlag geen Duitser in het voorterrein te zien was. De kans dat andere onderdelen in de directe nabijheid het vuur wel zouden hebben geopend is ook gering, aangezien er, met name in het middenvak van het Hoornwerk, vrijwel geen munitie meer was. Ik ben dus erg benieuwd naar bewijsmateriaal voor deze stelling!
Verklaring op 17 Juni 1940 van Dirk Cornelis de Ridder:
"...Toelen en ik zagen toen (12 mei), dat op de stelling van Luitenant Niemantsverdriet een witte vlag stond. Toelen zeide: "Dat gaat niet" en ging naar de stelling toe. Eenigen tijd later kwam hij bij mij terug. Ik droeg hem op den Kapitein Collette mede te deelen, dat mijn halve sectie weg was, dat ik zoo goed als geen munitie meer had; dat de stelling van Luitenant Niemantsverdriet vernield was en dat deze niet meer kon vuren...." (lees de volledige verklaring)
Verhoor op 4 Juli 1940 van den reserve 1e Luitenant C.A. Niemantsverdriet:
"...Wij hielden de witte vlag op (12 mei), zoolang de vijand er nog niet was, want wij wilden het artillerievuur niet weer laten beginnen. Een soldaat van vaandrig de Ridder is geweest om te zeggen, dat wij de witte vlag moesten weghalen, want die soldaat wilde doorvechten. Toen heb ik gezegd, dat ik het nog een poosje zou aanzien - de soldaat had, geloof ik, de vlag weggehaald. De vlag was een zakdoek, die aan een bajonet was gebonden...." (lees de volledige verklaring)
Overigens wordt zowel in het artikel van Schulten, wat natuurlijk inmiddels bijna 15 jaar 'oud' is, als in het nieuwe boek van prof. Amersfoort verwezen naar het boek 'Kameraden bis zum enden' geschreven door Otto Weidingen. Een boek dat de geschiedenis van het Regiment Der Führer beschrijft met voorwoord van Paul Hausser (overl. 1972) en Georg Keppler (overl. 1966), beiden van begin tot einde actief bij de SS. Nu is mijn kennis van de gebeurtenissen in de verdere oorlogsjaren beperkt, maar is dit boek 'historisch betrouwbaar' in die zin dat het ook de gruweldaden beschrijft die de SS beging in de (latere) oorlogsjaren? In andere woorden: schetst dit boek een zelfde beeld over het optreden van dit Regiment zoals dit ook door andere partijen wordt beschreven?