Gevechtsbericht van Kapitein H. de Leede

afschrift
44e REGIMENT INFANTERIE.
2e Bataljon. 1e Compagnie.
GEVECHTSBERICHT.
Vrijdag 10 Mei 1940.
4.30 De gevechtsopstelling ingenomen.
Voortdurend trekken Duitsche vliegtuigen in westelijke richting. Opdracht gegeven zooveel mogelijk de boomen, die het uitzicht voor de stellingen belemmeren, op te ruimen.
Op bevel van bataljonscommandant wordt de zware mitrailleur uit de kazemat aan de linie vervangen door een lichte mitrailleur.
8 Duitsche toestellen zien vallen.
Zaterdag 11 Mei 1940.
4.30 Wanordelijke eigen troepen uit de omgeving BEMMEL trekken terug.
Zondag 12 Mei 1940.
Om 1.00 uur bericht van den bataljonscommandant dat de lichten, die in inundatiegebied worden waargenomen, waarschijnlijk parachutisten met rubberbootjes zijn. In de hoofdweerstandslijn geen schijnwerpers aanwezig, om het voorterrein te belichten. Ca. 6 uur eigen artillerie vuur voor de voorposten.
In boomgaarden langs de weg Ochten Kesteren (dus tusschen hoofdweerstandslijn en tusschenverdediging) bevindt zich vijand met lichte mitrailleurs (parachutisten ?). Een voortdurende patrouillegang heeft geen resultaat.
Patrouilles in het voorterrein (voor de hoofdweerstandslijn) melden geen bijzonderheden. Wel worden voortdurend zoowel roode als witte lichtkogels waargenomen.
Oorsprong en doel onbekend.
Maandag 13 Mei 1940.
3.45 Aanval van Duitsche troepen op onze hoofdweerstandslijn.
Bij het beantwoorden van het vuur worden bij vergissing ook onze terugtrekkende voorposten onder vuur genomen. Diverse vijandelijke mitrailleurs waargenomen, waarvan er twee door ons vuur, bijgestaan door een stuk 6 veld, buiten gevecht worden gesteld.
7.00 uur bericht van commandant 1e sectie 1e compagnie 2e bataljon 44e Regiment Infanterie, dat eigen zware mitrailleurs de hoofdweerstandslijn onder vuur nemen.
Op mijn verzoek aan bataljonscommandant wordt dit vuur verlegd.
10.10 uur wederom vijandelijk mitrailleurvuur tusschen hoofdweerstandslijn en tusschenverdediging. Twee patrouilles uitgezonden (ieder stuk 1 sergeant plus 6 man). Deze patrouilles geraakten in hevig eigen artillerievuur tijdens dit vuur zagen de vijandelijke mitrailleurs kans, tusschen de stellingen van de tusschenverdediging door te glippen.
Voor de hoofdweerstandslijn wordt vijand waargenomen in den weg van Eldischehoek naar Het Zand. Een aanval op de hoofdweerstandslijn wordt door eigen vuur, gesteund door een ware regen van artillerievuur, afgeslagen.
17.00 uur telefonisch bericht van commandant 2e bataljon 44e Regiment Infanterie terugtrekken op de Heuning. Eenige minuten dit bevel door den luitenant adjudant herroepen (was een valsch bericht).
Alle manschappen zijn op hun plaats gebleven.
Op dit oogenblik wordt onze hoofdweerstandslijn en speciaal de stelling Koedam, door eigen artillerie hevig onder vuur genomen. De bezetting van stelling Koedam trekt terug op bevel van den regimentscommandant (overgebracht per ordonnans op rijwiel). Een afdeeling 6 veld, onder commando van een cadet-vaandrig, volgt deze beweging.
Op mijn bevel hebben beiden hun stellingen direct weer bezet.
De tusschenverdediging wordt zoowel voor, achter, als op de linkerflank, hevig onder vuur genomen.
Op de linkerflank bleek zich te bevinden een gedeelte van 1e Regiment Huzaren dat de Linge was overgestoken, in de veronderstelling, dat onze hoofdweerstandslijn doorbroken was. Dank zij het moedig optreden van korporaal H. BESSELINK, die recht tegen dit vuur inliep en door het schreeuwen van "Er is verraad" er in slaagde, dit vuur te doen staken, heeft het 1e bataljon zijn oorspronkelijke stellingen weer ingenomen.
Te zelfder tijd kwam op mijn commandopost de kapitein Burgemeister van het 1e bataljon. Deze had opdracht Ochten van vijanden te zuiveren, daar hij bericht had ontvangen van den regimentscommandant, dat de hoofdweerstandslijn doorbroken was. Persoonlijk heeft hij toen den regimentscommandant opgebeld en bleek ook dit bericht valsch. Hierop keerde hij naar zijn stelling terug.
Daar het gedeelte van de linie, gelegen tusschen Bandijk en Achterstraat, volgens mij veel te zwak bezet was (een groep, onder commando van een sergeant), werd door mij aan den bataljonscommandant versterking aangevraagd. Deze versterking (1e luitenant Pelt plus 1 sectie) arriveerde te 20.00 uur en betrok genoemde stelling.
Te 22.15 uur werd door mij schriftelijk bericht ontvangen terug te trekken, en te marcheeren naar spoorwegovergang Echteld. Te 23.00 uur marchereerden wij af, onder achterlating van 2 groepen volgden onze beweging te 0.45 uur.
De terugtocht via Echteld naar Everdingen is ordelijk verlopen niettegenstaande oververmoeidheid van de manschappen.

 

Ochten, 3 Juni 1940.
Commandant 1e compagnie 2e bataljon 44e Regiment Infanterie.
reserve-Kapitein,
(get.) H. de Leede.

 

Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 1
(PDF, 1.20 MB)
Download brondocument in PDF-formaat Brondocument 2
(PDF, 997.56 KB)