Verslag van sergeant-majoor-instructeur N.G. Schaaps

Rijswijk, 17 Januari 1941.

Aan Hoofdregelingsbureau
Regelingsbureau Landmacht
Afdeeling 1 C.
's-G R A V E N H A G E .

No. 1212.
Onderwerp:
Krijgsgeschiedenis.

    In antwoord op Uw schrijven d.d. 10 Januari 1941, laat ondergeteekende hieronder een verslag volgen omtrent datgene hij beleefd heeft tijdens de oorlogsdagen van 9 - 15 Mei 1940.

    Mijn functie was dezer dagen sergeant majoor instructeur (S.M.I.), sectiecommandant. In mijn compagnie 2-I-24 R.I. was ik de oudste dienstplichtig sergeant van de lichting 1924. De compagniescommandant was de reserve-kapitein der Jagers J.J. van Heijst. De Bataljonscommandant was reserve-kapitein Bückert. De Regimentscommandant was Overste Dr.Mr. Smit. Onze compagnie was voorpostencompagnie gelegerd te Deest, en 7 Mei 1940 overgeplaatst naar Druten. Onder mijn bevel dienden de volgende dienstplichtigen (2e sectie):

Dienstplichtig Sergeant C.J. Jehee
Dienstplichtig Sergeant Th. Franken
Dienstplichtig Korporaal P. v.d. Leij
Dienstplichtig Korporaal G. Stoet
Dienstplichtig soldaat G.W. Beyleveld
Dienstplichtig soldaat F. v.d. Berg
Dienstplichtig soldaat J. Boot (ziek thuis)
Dienstplichtig soldaat G. Brouwer
Dienstplichtig soldaat J. van Butselaar
Dienstplichtig soldaat L.W.J.C. Caron
Dienstplichtig soldaat P. van Doorne
Dienstplichtig soldaat S. Dijkstra
Dienstplichtig soldaat C.J. van Grieken
Dienstplichtig soldaat W. v.d. Hak
Dienstplichtig soldaat H.J. Henkes
Dienstplichtig soldaat A. Huijsman
Dienstplichtig soldaat G.J. Janssen
Dienstplichtig soldaat J.J. Janssen
Dienstplichtig soldaat L.J. Josten
Dienstplichtig soldaat H. van Kessel
Dienstplichtig soldaat G. de Kruijff
Dienstplichtig soldaat M. Loomans
Dienstplichtig soldaat C. Luijendijk
Dienstplichtig soldaat H. van Leeuwen
Dienstplichtig soldaat W. Loeffen
Dienstplichtig soldaat J.L. v.d. Meulen
Dienstplichtig soldaat Ch.H. Nellen
Dienstplichtig soldaat W. Schraven
Dienstplichtig soldaat A. Schuiling
Dienstplichtig soldaat G. Slabbers (X)
Dienstplichtig soldaat H. Sonneveld
Dienstplichtig soldaat F. Stap
Dienstplichtig soldaat J. Talens
Dienstplichtig soldaat A. Versteegen
Dienstplichtig soldaat C. van Versseveld


(X)     De dienstplichtig soldaat G. Slabbers werd door zijn moedig gedrag door den Regimentscommandant bevorderd tot korporaal op 14 Mei 1940.

    9 Mei 1940. Donderdag om 23.45 uur gewekt door den dienstplichtig soldaat W. de Vries en mededeeling ontvangen dat phase 3 was ingetreden.

    10 Mei 1940. Vrijdag om 0.30 uur rapport met Officieren en Onderofficieren bij Compagniescommandant. Om 2.30 uur reveille; ca. 3.00 uur afgemarcheerd en stellingen bezet aan de Van Heemstrabaan. Onmiddellijk hierna verschenen honderden vliegmachines boven Druten. Bericht ontvangen dat phase 4 was ingetreden.
    De beschieting der vliegtuigen had aanvankelijk geen succes. Om 4.30 uur komt de eerste machine naar beneden. Onze sectie werkt intusschen aan camouflage der stellingen. Honderden burgers en vee evacueeren en passeeren onze stellingen. Bezoek van Overste Smit die ons moed inspreekt. Bezoek van den Aalmoezenier en Veldprediker. Bezoek van de Burgemeester van Druten.
    Te ca. 20.00 uur trekken de troepen van het Maas-Waalkanaal 11 G.B. terug. Van deze troepen een stuk Pag., munitie en levensmiddelen overgenomen en de stelling Van Heemstrabaan hiermede versterkt. Om 24.00 uur versperring Van Heemstrabaan gesloten.

    11 Mei 1940. Zaterdag. Van laatste groep 11 G.B. vernomen dat de Duitschers onze eigen troepen niet achtervolgen. Onze compagnie blijkt geheel alleen te zijn achter gebleven daar ons regiment reeds teruggetrokken is. De Compagniescommandant komt ons uitdrukkelijk order geven dat wij als voorposten tot het uiterste stand moeten houden.
    Te ca. 5.00 uur aanval van drie laag vliegende jagers die onze stelling met mitrailleurvuur bestoken; onophoudelijk komen er vliegtuigen. Te 6.00 uur komt het wonderlijk bevel: "voorposten onmiddellijk terug in groepen".
    Terugtocht per rijwiel via de gesloten versperring naar Wamel en passeeren de brug bij Tiel ca. 10.00 uur. Aanval op de brug van 5 vliegmachines welke door de luchtdoelartillerie wordt afgeslagen, verder naar Maurik alwaar ca. 12.00 uur aangekomen. Worden ingekwartierd te Maurik. De Compagniescommandant geeft mij opdracht een wachtrooster samen te stellen en moet een 6 uurs wacht samenstellen. Terwijl ik hiermede bezig ben slapen de anderen. Besluit toch wakker te blijven teneinde de opvolgende wachtcommandant Sergeant Rurup persoonlijk te wekken.
    Om 0.00 uur komt echter de order dat de compagnie gewapend moet aantreden, voor mij beteekende dit voor de derde maal achtereenvolgens geen nachtrust. Bovendien had ik tijdens een oefening mijn rechter dijspier verrekt, zoodat van dit moment af het voor mij meer "meesjokken" was dan marcheeren.

    Afmarsch naar Amerongen. Voortdurend dekking zoekend tegen luchtaanvallen passeeren wij om 4.30 uur de pontonbrug te Eck en Wiel. Ons Bataljon is intusschen reserve van het Veldleger geworden. Rust in een bosch ten Noorden van den weg Amerongen - Elst. De compagnie had verwacht in Amerongen te kunnen overnachten maar wordt om 15.30 uur gealarmeerd. Moeten tegenstoot uitvoeren op den Grebbeberg. Snel wordt afgemarcheerd, zonder te hebben gegeten en uiterst zwaar vermoeid.

    Om 18.00 uur aangekomen Westzijde van Rhenen. De compagnie trekt door Rhenen in groepen achter elkaar. Het is aan de talrijke huizen te zien dat Rhenen reeds gebombardeerd is.

    De Bataljonscommandant deelt ons mede, dat de Duitschers in de boomen zitten. Wij worden gedreven in een bosch, Noordelijk van den weg Rhenen - Arnhem. Om 19.00 uur passeeren wij viaduct spoorweg Rhenen. Instructies worden er niet gegeven zoodat wij in een volslagen onbekend terrein terecht komen. In het bosch blijken namelijk eigen troepen te zijn die voor vijanden worden aangezien. Eenige manschappen van de 1e Sectie begonnen - zonder de bevelen van hun Sectiecommandanten af te wachten - te vuren. Na veel moeite het vuren gestaakt. De compagnie gaat opgelost in groepen voorwaarts (zie schets formatie).

    Mijn sectie wordt aangewezen als richtingsectie.

    12 Mei 1940. Het blijkt dat verband houden zeer moeilijk was tengevolge van de duisternis, de versperringen, de mijnenvelden en het boschterrein waar ik volslagen onbekend ben. Door zwaar artillerie- en mitrailleurvuur werd de compagnie uit elkaar geslagen. Begeef mij naar de middelste groep onder commando van korporaal Stoet. In een half uur tijds is er van de rest der compagnie niets meer te zien. Verband is er niet gehouden. Stuur de twee manschappen uit om verbinding met de Compagniescommandant te krijgen; ook deze zag ik niet meer terug, totdat ik in het maanlicht de gestalte van de Bataljonscommandant ontdekte die mij den weg wees waar de Compagniescommandant moest zijn. "Daar langs die boomen". We kwamen in een mijnenveld (opmerking kantlijn: bij kilometerpaal 25) terecht vlak voor een groote prikkeldraadversperring. Deze versperring werd na veel moeite door den korporaal Stoet opengeknipt en eindelijk konden wij te ca. 3.00 uur, toen er weer licht was, man voor man een spoordijk afdalen en aan de andere zijde weer beklimmen.

    Vanuit een soort hol in den spoordijk werd met hevig zwaar mitrailleurvuur op ons gevuurd. Boven gekomen konden wij bijtijds in een stelling springen welke reeds propvol bleek te zijn. Direct hierop weer aanvallen van vliegtuigen met mitrailleurvuur. Even daarna zag ik mijn commandant aan wien ik een en ander berichtte.

    Onze Compagniescommandant zou onmiddellijk trachten de compagnie opnieuw te formeeren voor een nieuwen aanval. Voor dit doel werd de rest van de compagnie voor zoover dat ging verzameld op een mij onbekende weg alwaar de plaatjes van onze helmen werden afgehaald.

    Wij ondergingen op dien weg een ontzettend zwaar artillerievuur. Een nieuwe aanval zou ondernomen worden. De manschappen hadden opnieuw niets gegeten en de vierde nacht niet geslapen.

    Te ca. 18.00 uur is de rest van de compagnie, 58 man sterk (van de 168), teruggetrokken naar Vreeswijk waar wij door een dikke mist en extra vermoeiende tocht in den morgen aankwamen. Aldaar werden wij ingekwartierd en des namiddags was de oorlog voor ons afgeloopen. Een deel van de compagnie onder commando van Luitenant Hoogewerff is, na hardnekkigen strijd en nadat de sectiecommandant Luitenant Hoogewerff, de groepscommandanten de Sergeanten Rurup en Casteleijn waren gesneuveld, in de stelling gevangen genomen.

(get.) S.M.I. N.G. Schaaps.

Download brondocument in PDF-formaat Brondocument
(PDF, 5.07 MB)