Onderhoud met sergeant J. Spijker

Onderhoud met sergeant Spijker, Sectiecommandant van 1e Sectie 2-III-8 R.I. op 18 December 1940.

  Sectiecommandant: Luitenant v.d. Boom
  Rechter groep: Sergeant Spijker
  Midden groep: Sergeant Landman
  Linker groep: Sergeant v.d. Meij

  De versperring liep niet geheel door tot den weg om te zorgen dat de pag. schootsveld had.

  Die Pag. heeft veel geschoten, ook in den avond van Zondag.

  Zaterdag afdeelingen van de voorposten teruggekomen met witte zakdoeken aan de geweren. Teruggezonden wat zij eerst niet wilden.
  Gedreigd met schieten. Artillerieprojectiel vlak naast mij gesprongen, toen ik op den weg stond, wel weggeslingerd, maar niet gedood. Ook is er 's nachts nog een luitenant bij ons geweest. (Blijkt de Luitenant Timmermans te zijn).
  Er is ook een keer uit de boomen geschoten en ik hoorde hoera-geroep nadat daar met de mitrailleur op was gevuurd. De menschen zeiden dat zij hem hadden zien vallen.
  Zondagavond omstreeks den schemer kwam een afdeeling langs de weg en hoorden wij in het Hollands roepen: "Ophouden met vuren", met goede Hollandse vloeken ertusschen. Ik liet ophouden met vuren, doch ik hoorde Duitsche commando's en heb toen het vuur laten openen. Terwijl ik naar de nevengroep was, om ze te waarschuwen, kwamen mijn menschen plotseling door de nauwe loopgraaf aanstormen onder geroep, dat de Duitschers in de loopgraven waren. Ik werd door de massa gewoon meegesleurd.
  Menschen van het 11e waren achter de sectie; dat ging goed, die lagen tegen de rugweer en schoten over ons heen. Later zijn er ook van 11 R.I. in onze stellingen gekropen, zoodat die te vol was.

  Door het vluchten van de 1e sectie werd ook de 2e sectie meegezogen. Sergeant v.d. Meij heb ik niet meer gezien. Ik kwam bij Kapitein Maas met een aantal mannen en vroeg orders. Die gaf geen orders, doch zei wel dat we moesten teruggaan. De menschen wilden niet. Ik ben met Löwenstein en Ten Hove voorzichtig door de loopgraven gegaan. Plotseling was er voor ons een ontploffing, waardoor ik omver werd geworpen. Wat dit is geweest is mij nog niet duidelijk.
  Kapitein Maas zei toen: "Terugtrekken op den Bataljons commandopost." Wij uit de loopgraaf en door een bosch. Naar achteren en op een gegeven oogenblik Kapt. maas en Luitenant v.d. Boom kwijt. (Hoe kwam Luitenant v.d. Boom hier; die was terecht gekomen bij de 3e sectie en met zijn mannen door sergeant Pilzecher teruggezonden, waarna hij bij den C.C. was gekomen.)
  Ik ben met sergeant Landman doorgelopen en vond Kapt. Maas weder bij den weg (Rhenen-Grebbe), links en rechts van den weg. Luitenant v.d. Boom zei we moesten toch terug naar de sectie. De kogels vlogen ons om de ooren. Lt. v.d. Boom wilde naar de groepsschuilplaats. Ik heb hem niet meer gezien.
  Toen was ik commandant. Ik dacht, het beste is via de Heimersteinsche laan naar Majoor Landzaat te gaan. In de buurt van de Heimersteinsche laan (bij een zandafgraving) hoorden we voetstappen. (Ik had achter mij ongeveer 35 man, waarvan er maar 4 gewapend waren). Toen zagen we een gesloten sectie Duitschers langs de Heimersteinsche laan trekken. Ik liet ze voorbij gaan, want we hadden maar 4 geweren. Ik meen toen, dat we geheel ingesloten waren. Het werd licht (Wansinck was zijn kop kwijt). Ik heb de jongens in een kring gelegd en tegen Landman gezegd, blijf hier en toen zag ik op 400 meter Majoor Landzaat staan aan den kant van den weg en heb mij bij hem gemeld.

  Majoor Landzaat zei, ga terug naar je stelling. Ik ben toen met mijn eigen menschen naar de sectie gegaan, terwijl Wansinck met de anderen naar de paardenloods is gegaan.
  We vonden in de stelling de geweren terug. De sectie was niet compleet, maar was aangevuld met vreemden van 11 R.I. (4.30 uur). Wij hebben toen de loopgraaf verdedigd. De rechter groep stond onder leiding van sergeant Visser van III-11 R.I., de midden groep onder sergeant Landman en ik de linker groep. Ik had ook een korporaal in mijn groep.
  Te 10.00 uur kregen we hevig vuur van mortieren, waarmede de stelling werd gebeukt.
  Eerst vielen de Duitschers aan in front en daarna trokken zij om onze Z.flank en drongen daar de loopgraaf binnen. Groep voor groep is toen gevallen. Enkele Duitschers sprongen op het gaas boven de loopgraaf zakten er door en werden doodgeschoten.
  Landman is door de loopgraaf naar de legeringsschuilplaats gegaan met korporaal Löwenstein en daar hebben ze de deur dicht gegooid. De Duitschers zijn daar bij de schuilplaats gekomen en hebben getracht door een gat handgranaten te gooien, wat niet lukte, omdat het gat was dichtgestopt. De Duitschers riepen "heraus"; toen is L. er een naar de keel gevlogen maar is door andere Duitschers neergeschoten.

  Mijn mitrailleur heeft herhaaldelijk geweigerd en weigerde tenslotte toen de aanval loskwam. Ik ben teruggetrokken en ben met 3 soldaten in de 2e sectie gekomen, waar ook vaandrig v.d. Stam was en sergeant Muetstege. We kregen toen veel vuur van mortieren van den overkant. Luitenant v.d. Boom was C.C. en die zij dat we zouden teruggaan op den cp. van Majoor Landzaat.
  Dekkende van kuil tot kuil zijn we toen terechtgekomen in een opstelling van de Houwitsers. Toen begon Majoor Landzaat te schieten en zaten we er geheel tusschen. Luitenant v.d. Boom heeft toen gezegd dat we ons zouden overgeven. We zijn afgevoerd langs het tegenwoordige kerkhof. Daar stonden veel mortieren (granaatwerpers) in stelling. De Heimersteinsche laan en de boschen zaten vol Duitschers, ook de weg naar Wageningen. Over de Grebbesluis reden reeds Duitsche motoren. Afgevoerd naar Wageningsche Berg.
  Ik heb van den soldaat Th.J. Berns (Lobith) gehoord, dat hij zondagavond, toen de menschen vluchtten, is blijven zitten en met den mitrailleur de naderende Duitschers veel verliezen heeft toegebracht.
  Ook is er nog iets met de pag.opstelling aan den weg geweest. Er was een luitenant bij, die deze heeft heroverd. Luitenant v.d. Dussen (Lt. v. Deventer?) weet hier meer van.

------------------------------------

Download brondocument in PDF-formaat Brondocument
(PDF, 2.59 MB)