Slachtoffers

Klik hier voor een uitvergroting
Laatste groet bij het sluiten van de graven. (na 16 mei 1940)
Tijdens de strijd om de Grebbeberg - inclusief de gevechten bij Achterberg - kwamen 424 Nederlandse militairen om het leven. Eén man stierf op 18 mei bij het opruimen van een mijnenveld voor de Duitsers. Die 425 man gesneuvelden waren een vijfde van alle Nederlandse militaire gesneuvelden tijdens de meidagen (ca. 2,300 man). Als men bedenkt dat die tol werd geëist in een strijdperk dat niet meer mat dan circa twee bij drie kilometer, dan is de magnitude van dat verlies vermoedelijk voldoende duidelijk gemaakt.

Aan Duitse kant vielen 165 man die met zekerheid aan de Slag om de Grebbeberg gerelateerde kunnen worden. Dat getal werd later nog iets omhoog bijgesteld door aan verwondingen overleden militairen, waarbij echter vaak niet vaststond of zij in de Betuwe, bij Doesburg, Westervoort, de Klomp of de Grebbeberg gewond waren geraakt. Dat getal betrof 26 militairen. Vermisten kennen de Duitsers niet meer voor het jaar 1940 als het gaat om 207.ID en SS Standarte Der Führer, althans volgens de meest recente [2007] Duitse gegevens van het Rode Kruis, Weltkriegsopfer en Volksbund. Het is echter niet uitgesloten dat enkele Duitsers nooit als gesneuveld zijn geregistreerd in Nederland en in Duitsland werden begraven. Dat kan zeker voor gewonden, die later overleden, het geval zijn geweest. Het Duitse aantal gesneuvelden zal iets hoger hebben gelegen dan de 165 geregistreerde doden [plus 26 aan verwondingen overleden militairen], maar ver boven de 200 zal het niet zijn geweest.

Klik hier voor een uitvergroting
Langs de straatweg Rhenen - Wageningen, nabij de Stoplijn (16 mei 1940) » meer
Dat bescheiden Duitse verlies blijkt vaak tot vraagtekens te leiden, maar er is geen aanleiding om te denken dat het Duitse verlies veel groter was. Rapporten over massale doden en gewondentransporten naar Duitsland, die niet onder het Nederlandse theater zouden zijn geregistreerd, zijn bewijsbaar vals. Er zijn voldoende Duitse gesneuvelden bekend die uiteindelijk in Duitse hospitalen overleden, maar alsnog als geregistreerde op de Duitse verliezenlijst zijn verschenen met toevoeging Nederland. Er was ook geen enkele aanleiding voor de Duitsers hun toch al opmerkelijk lage verliezen toe te schrijven aan iets anders dan de 'heldendood' voor de Führer aan het front. Men mag dus uitgaan van een verlies van circa 200 Duitsers in de slag om de Grebbeberg.

Over gewonden is geen duidelijkheid in klare cijfers te verschaffen. Aan Duitse zijde vielen bijzonder veel gewonden in verhouding tot gesneuvelden. In Nederland is bij diverse strijdtonelen bekend dat er soms wel een zesvoud aan gewonden viel ten opzichte van het gesneuveldengetal. Dat is bijzonder hoog. Deels zal dat te maken hebben gehad met het type munitie waar de Nederlandse militairen mee schoten. Voor lichte mitrailleur en geweer / karabijn was dat volmantel munitie. Die munitie had weinig stoppend vermogen en richtte relatief weinig schade aan. Er zijn gevallen bekend van Duitse militairen die door vijf kogels of meer waren getroffen en toch overleefden. Een andere reden waarom veel Duitse militairen ernstige verwondingen vaak (c.q. vaker) overleefden, was dat de gewondenzorg in het Duitse leger anno 1940 uitstekend was geregeld. Gewonden en doden werden als slecht voor het moreel gezien en snel afgevoerd. Artsen waren er in overvloed, in de eerste fase van de oorlog, en de afvoer van gewonden van het slagveld werd als prioriteit gezien. Daarbij werd overigens in de regel [mei 1940, Nederland] net zoveel prioriteit aan de vijandelijke gewonden gegeven als de eigen gewonden.

Klik hier voor een uitvergroting
Gesneuvelde Nederlandse militairen in de tuin van Huize Wilhelmina (15/16 mei 1940) » meer
Dan valt dus op dat de Nederlanders ruim tweemaal zoveel doden hadden als de Duitsers. Opvallend, omdat de Nederlanders in voorbereide verdedigingsstellingen lagen en de Duitsers die stellingen stormende hand dienden in te nemen. Statistieken van andere oorlogen toonden altijd aan dat de aanvaller meer verloor. Tijdens WOI zelfs veel meer. Maar dat was niet het geval tijdens de Westfeldzug in 1940. Niet alleen aan de Grebbeberg verloren de aanvallers veel minder manschappen dan de verdedigers. Dat was typerend voor de gehele Westfeldzug en dus ook bij de strijd in België en Frankrijk.

In feite waren de Duitse verliezen in Nederland desondanks verhoudingsgewijs het zwaarste. Er werden ongeveer 2,000 man verloren. Dat was 20% van het totale Duitse verlies in de maand mei 1940 voor het gehele westen. Als men bedenkt dat die 20% viel in vijf dagen strijd, dan zou bij een gelijke tred en een continue strijd tot aan 1 juni alleen al in Nederland 8,000 man aan doden zijn verloren. Een opvallend hoog verlies dus aan Duitse kant, althans als dit afgezet wordt tegen de strijd elders in het westen.

Klik hier voor een uitvergroting
Duitse veldgraven langs de Grebbedijk bij Wageningen ter hoogte van de haven (13-16 mei 1940) » meer
De Duitsers verloren tussen 10 mei en 1 juni 1940 in de strijd tegen het Nederlandse, Belgische, Franse en Britse leger 'slechts' 10,250 doden en 42,500 gewonden, inclusief de strijd in Frankrijk (tot aan de Vichy grenzen, Fall Rot) 30,100 man aan gesneuvelden. Duidelijk dat de strijd in midden Frankrijk [Fall Rot] dus verhoudingsgewijs beduidend verliesrijker was dan het gehele operatieplan Fall Gelb.

Alleen al het Nederlandse (2,300) en Belgische (5,500) leger verloren bij elkaar 7,800 doden. De Britse expeditionaire strijdkrachten verloren 5,000 man. Het Franse leger verloor 123,000 man aan doden. Een totaal van bijna 133,000 man gesneuvelden.

Een ongehoord verschil in gesneuvelden. De aanvaller - Duitsland - verloor 30,000 man tegenover de verdedigers [Frankrijk, BEF, België en Nederland] 133,000 man. Ofwel 1:4, in het voordeel van de aanvaller wel te verstaan.

In ratio: Duitsland verloor 7,5% van zijn totale verliezen in de vijfdaagse strijd in ons land, terwijl Nederland 'slechts' 1,75% van de totale verliezen van de Geallieerden voor haar rekening nam.

Het is indachtig de snelheid van de Duitse overwinning en de verliezenverhoudingen in het voordeel van de Duitsers, niet bijzonder dat er allerhande spookverhalen en overdrijvingen in het Geallieerde kamp ontstonden die de macht en kracht van het Duitse leger tot mythische hoogte opdreven. In wezen was er echter helemaal geen sprake van die overmacht en oppermacht van het Duitse leger op zich. Het Duitse succes was vooral een gevolg geweest van oppermachtige aanwending van de voorhanden middelen, de toepassing van moderne oorlogsvoering, het optimale concept van gecombineerde wapenen en ... tegenstanders die tactisch en strategisch de oorlog van 1914-1918 nog voerden.

143