MC-III-8 R.I. (Mitrailleurcompagnie)

Stam

Hoofdonderdeel: 2e Legerkorps, 4e Divisie
Eigen eenheid: 3e Bataljon, 8e Regiment Infanterie

Kader

Cie Cmdt: G.H.J.T.W. Cornelissen res. kapitein
Cmdt Verbindingsgroep: A. Weidema dpl. sergeant
Cmdt 1e sectie: E. Poortman re. 1e luitenant
Groepscmdt: A.H. Wientjes dpl. sergeant
Cmdt 2e sectie: J. Tack vaandrig
afstandsmeter: J.H.W. Sandijck dpl. sergeant *
Groepscmdt: J.C. van der Neut dpl. sergeant
Groepscmdt: Th.F. Tiemessen dpl. sergeant
Groepscmdt: N.N. Wolff
dpl. sergeant
Cmdt 3e sectie: H.J. ter Horst res. 1e luitenant
Groepscmdt: H.J. Boswinkel* sergeant
Groepscmdt: S.J. Haagsman* dpl. sergeant
Groepscmdt: L.J. van Kessel sergeant
plv. groepscmdt: B.G. Hottinga dpl. sergeant
Cmdt 4e sectie: A. Kreijen sergeant cap.
Groepscmdt: A.J. Schoemaker dpl. sergeant
Groepscmdt: H.G. van Scherrenburg sergeant
Groepscmdt: H.C. Jacobs sergeant

Oorspronkelijke opstelling 10 mei 1940

Deze compagnie stond opgesteld in de voorposten van de Grebbelinie bij Rhenen in de Nude tussen de Grebbeberg en Wageningen, ten noorden van de Rijn, ten zuiden van de inundatiekom bij het Nieuwe Kanaal. In het vak van 3-III-8 R.I. waren twee sectien (3e en 4e sectie) met elk drie stukken van MC-III-8 R.I. geplaatst. In het vak van 1-III-8 R.I. waren eveneens twee sectien (1e en 2e sectie MC-III-8 R.I.) met elk drie stukken geplaatst

Voorname gebeurtenissen

.....

Bijzonderheden

Van de ongeveer 195 mannen bij MC-III-8 R.I. vielen in totaal 6 dodelijke slachtoffers: Th.M. Berns, C.J.J. Beumer, J.A.H. Holleman, T.W. Janssen, H. Peters van Nijenhof, J. Philippens.

Verder raakten er 18 gewond: J.R. Bos (schotwond rechterknie), H.J. Boswinkel (mitrailleurkogel in linkerbovenarm), W. Brugmans (kogels of granaatscherven in buik, bovenbeen en hand), H.J. van der Burg (rechterbovenbeen doorboord, bovenarm en zitvlak), J.H. Delsman (pistoolschot door de keel, en borst), W. van Doesburg (7 schoten borst, longen en rug, doorboord), J. Faber (schotverwonding linkerbovenarm, linkeronderbeen), S.J. Haagsman (kogel in linkeronderarm), W.D. Jagtenberg (mitrailleurkogel door rechterknie, linkerknieschot), A.A. Knaken (kogel in linkerheup en rechterknie), H. Makaske (kogel door beide bovenbenen, schotwond linkerdijbeen en rechteronderbeen), G.T.H. Peters (granaatscherf in linkerbovenaram), W. Sengers (geweer- of mitrailleurkogel door de rechter-elleboog), H. Snellink (kogel door rechter bovenbenen, en rechterknie), G. van Soest (mitrailleurkogels aan het hoofd en rechterhand), J.H. Veenendaal (kogel door rechter bovenbenen, en rechterknie), G.W. Visser (amputatie rechterbeen; onderbeen) en H.J. de Vries (kogel in de buik) ....

* onzeker, Tack noemde enkele onderofficieren zonder hun functie te geven. Van de derde zijn de stukscommandanten Boswinkel en Haagsman onzeker.

3541